Bioweek: "Ons biologisch glasgroentebedrijf kent veel uitdagingen"
Nog tot zondag 9 juni loopt de Bioweek. De week richt de aandacht op de biologische bedrijven in België en de voordelen van bioproducten. Glastuinbouwbedrijf Barver in Rumst is een mooi voorbeeld van een bedrijf dat omschakelde naar de bioteelt.
In april 2023 werd het Strategisch Plan 2023-2027 voor de biosector gelanceerd. Tegen eind 2027 wordt er gestreefd naar een groei van 5% op 5 parameters. Het bio-areaal zou tot 30.000 ha moeten toenemen, minstens 5% van de landbouwbedrijven moet bio worden, de bioconsumptie moet 5% van de totale consumptie bedragen, 5% van de omzetwaarde van de dierlijke productie (inclusief zuivel) zou bio moeten zijn en bio moet 5% van de overheidscatering uitmaken.
Evenwicht tussen vraag en aanbod
“Een jaar na de lancering van dit plan zijn al veel zaken gerealiseerd: studiewerk ter voorbereiding van sensibilisering van grootkeukens en verwerkers, vorming en begeleiding van landbouwers en verbetering van het wetgevend kader”, zei Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns tijdens de opening van de Bioweek (1-9 juni) bij Barver in Rumst. Tegen 2050 zullen we 10 miljard mensen moeten voeden. Dat moet dus op een nog duurzamere manier dan nu. “De biosector neemt het voortouw in die verdere verduurzaming van de landbouw”, aldus Brouns. “De retail en de markt zullen ook sturen naar meer bio. De Vlaamse overheid wil de actieve landbouwer ondersteunen in de omslag naar bio. Denk hierbij aan de maatregelen in het GLB, zoals die rond de ecoregeling, bodemvruchtbaarheid en mechanische onkruidbestrijding. Met de Bioweek willen we de consument maximaal naar bio leiden.”
Filip Fontaine, CEO van VLAM, benadrukte het belang van een goed evenwicht tussen vraag en aanbod. “We moeten de consument stimuleren om meer bio te verbruiken én de producent overtuigen om, indien opportuun, om te schakelen naar bio.”
Biocampagne
De Bioweek wordt ingericht door de biosector, in samenwerking met VLAM en diens Waalse even-knie Apaq-W. Het doel is het bewustzijn rond bio bij de consument te vergroten door de voordelen van biologische voeding en productie te belichten. Via een gelijkaardige mediacampagne sporen VLAM en Apaq-W de consument aan om bio tijdens de Bioweek van dichtbij te ontdekken. De week maakt deel uit van de biocampagne met als slogan ‘Bio, da’s sowieso goed gekozen!’, die tot in het najaar loopt. Alle activiteiten die tijdens de Bioweek plaatsvinden (degustaties, promoties, een biobrunch, opendeurdag…) vind je op www.allesoverbio.be.
Verbruik stijgt
In de periode juli 2022 - juni 2023 steeg het verbruik van bioproducten in België zowel in waarde als in volume tegenover dezelfde periode het jaar voordien, toen er een stagnatie optrad. Dat blijkt uit een onderzoek van GfK Belgium in opdracht van VLAM. Hiermee lijken de biobestedingen opnieuw aan te knopen met de groeiende trend van voordien. In diezelfde periode werd 1,2 miljard euro aan bio uitgegeven. De totale biobestedingen stegen met 13%, die voor verse biovoeding zelfs met 21%. Het bioaandeel groeide dan ook van 3,4% naar 3,5%; het aandeel verse biovoeding steeg van 4,9% naar 5,4%.
Uit het onderzoek blijkt ook dat bijna iedereen (98 op 100) wel eens een bioproduct koopt. Opvallend is dat 20% van de kopers zorgt voor 81% van de totale bio-omzet. Deze groep van intensieve biokopers kocht vorig jaar vaker bio en was de drijvende kracht achter de groei van bio. Gemiddeld geeft de Brusselaar het meest (137 euro) uit aan bio, gevolgd door de Waal (127 euro) en de Vlaming (83 euro), maar het verschil wordt kleiner.
De supermarkt blijft het grootste aankoopkanaal voor bio, gevolgd door het gespecialiseerde kanaal (bakkers, slagers, Bioplanet…). Hard discount groeit sterk voor verse voeding, maar niet voor bio. De hoeve en boerenmarkt zijn kleiner, maar hebben wel de meeste biologische producten in het assortiment: 1 op de 3 producten is er biologisch.
Omschakeling dankzij mentor
Barver werd in 1983 opgericht door Peter en Riet Bartels, gangbare telers die in 2016 omschakelden naar bio. Begin 2022 namen de broers Lawrence (36) en Alexander (31) Van den Bosch het bedrijf over. Lawrence leerde Peter kennen via opleidingen en netwerkevenementen rond bio. De ouders van de broers hebben een gangbaar tomaten- en auberginebedrijf in Lier, maar daar waren niet meteen uitbreidingsmogelijkheden en de omschakeling naar bio was er te risicovol. Dankzij Peter als mentor maakten de broers, al de derde generatie glastuinbouwers, de overstap naar bio. “Bij Barver kunnen we de bioteelt leren kennen en later nog ons ouderlijk bedrijf omschakelen”, vertelt Lawrence. “Verspreid over de 8000 m² grote serres telen we biologische zoete puntpaprika’s, aubergines en tomaten. Elk jaar zetten we 3 teelten vruchtgroenten en 2 teelten bladgewassen op. Vorige winter verbouwden we ook veldsla en groene selder. We verwarmen met aardgas en telen van februari tot november. In het hoogseizoen zetten we, naast onze 2 vaste werknemers, ook een drietal seizoensarbeiders in. De afzet verloopt volledig via BelOrta.”
Diverse uitdagingen
Een biologisch glasgroentebedrijf kent veel uitdagingen. “Bladluizen houden we onder controle door natuurlijke vijanden in te zetten”, zegt Lawrence. “We proberen zo ‘droog’ mogelijk te telen, dus niet te veel met sproeiers te beregenen. Door iets meer te ventileren en te verwarmen creëren we een drogend klimaat. Met compost en champost krijgen we een mix aan meststoffen, maar het is moeilijk om vast te stellen of de plant een calcium- of boorgebrek heeft. Daarom werken we ook met plantsap analyses. Ook de watergift is niet zo makkelijk. Onze paprika’s krijgen soms bruine vlekjes, van heel licht naar heel donker, doordat de vruchten heel snel groeien en doordat ze het moeilijk krijgen bij weersovergangen. Bij de tomaten is er vanaf oktober dan weer veel druk van de witte vlieg. We moeten de teelt dan soms vroeger beëindigen.”
