Startpagina Actueel

Erfgoed in de landbouwsector herontdekt

De landbouwsector heeft niet alleen een rijke toekomst, maar ook een waardevol verleden, onder andere in het onderzoek. Toch zijn veel proefcentra zich vaak niet bewust van hun eigen erfgoed. Het Centrum Agrarische Geschiedenis (CAG) startte daarom het traject ‘Proef op de som’ om het erfgoed van de proefcentra in kaart te brengen, hun geschiedenis te stofferen en erfgoedbewustzijn aan te wakkeren. De zoektocht naar archieven, foto’s, bibliotheekcollecties en objecten leverde mooie resultaten op.

Leestijd : 4 min

Een van de doelen van het CAG is om de landbouwsector te sensibiliseren over zijn eigen erfgoed. Wat bewaren we, hoe bewaren we het, en is er actie nodig om het veilig te stellen voor toekomstige generaties? “Verschillende proefcentra wisten niet precies wat ze nog in hun bezit hadden”, legt Greet Draye (CAG) uit. “Het inventariseren van de documenten en objecten is belangrijk. Weten wat wordt bewaard, biedt bescherming tegen verdwijning. Ook vanuit onderzoeksstandpunt is dit traject zeer nuttig: wij weten nu wat waar wordt bewaard en kunnen zo onderzoekers oriënteren.” Daarnaast wil het CAG de landbouwsector ook begeleiden in erfgoedzorg. Veel proefcentra wisten niet waar ze terechtkonden met hun vragen. Voor sommige was het project een eerste kennismaking met CAG. “Het is goed om te weten dat we een beroep kunnen doen op CAG”, reageerden meerdere proefcentra achteraf.

Van zaadje planten tot oogst: het trajectverloop

Het traject begon met een voorbereidende fase, waarin er via e-mail contact werd gelegd met de betrokken proefcentra. Vervolgens volgden plaatsbezoeken, waarbij de erfgoedmaterialen ter plaatse ruwweg werden geïnventariseerd. “We zorgden ervoor dat we altijd goed voorbereid naar de locaties gingen”, vertelt Greet Draye. “Naast het in kaart brengen van wat er bij de proefcentra zelf te vinden is, deden we onderzoek naar wat er extern wordt bewaard, in erkende bewaarinstellingen zoals stads- of rijksarchieven.”

De zoektocht was voor elke instelling maatwerk: sommigen ontstonden provinciaal, anderen waren van bij de start een vzw, nog anderen waren overheidsinstellingen. Dat verschil in oorsprong zorgde telkens voor andere bewaarplekken en voor een andere bewaarpolitiek.

Papieren archieven, foto’s, objecten en meer

Elke instelling kreeg na afloop een gedetailleerd rapport waarin zowel hun eigen erfgoed als het extern bewaarde materiaal werd beschreven. “Veel proefstations waren verrast door wat er nog opdook”, merkt Greet op. “Sommige instellingen dachten dat ze weinig bewaarden, maar bezitten meer dan verwacht.” Het bewaarde materiaal ging van papieren archieven en audiovisueel materiaal tot objecten. Vooral de collecties in andere bewaarinstellingen waren onbekend.

Els Berckmoes, directeur van het Proefstation voor de Groenteteelt in Sint-Katelijne-Waver (PSKW), bevestigt dit: “We waren zelf al in ons archief gedoken naar aanleiding van onze 60ste verjaardag, maar door het rapport van CAG kwamen we erachter dat er ook nog materiaal elders wordt bewaard, zoals in het Algemeen Rijksarchief en het Rijksarchief Antwerpen. Dit zijn plaatsen waar we zelf nooit zouden gaan zoeken.”

Het PSKW wil studenten en onderzoekers aan de slag laten gaan met het herontdekte materiaal: “Bewegend beeldmateriaal, bijvoorbeeld uit het VRT-archief, zou perfect op onze website of in een bedrijfsfilm passen. En de hele reeks Proeftuinnieuws bevat een schat aan informatie over de ontwikkelingen in de tuinbouwsector.”

Geschiedenis optekenen

Voor sommige medewerkers van proefstations, zoals van het Proefbedrijf Pluimveehouderij in Geel, bood het rapport van het CAG de eerste kennismaking met hun eigen verleden. “We zijn een jong team. Veel van onze medewerkers hebben weinig voeling met het verleden van het bedrijf”, vertelt directeur Ine Kempen. “Het rapport heeft die voorgeschiedenis duidelijk geschetst, wat ons helpt om de aard van ons werk uit te leggen, ook aan externen.”

Het Proefbedrijf Pluimveehouderij bewaart een deel van de bibliotheekcollectie van de voormalige Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw van de provincie Antwerpen.
Het Proefbedrijf Pluimveehouderij bewaart een deel van de bibliotheekcollectie van de voormalige Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw van de provincie Antwerpen. - Bron: Collectie Proefbedrijf Pluimveehouderij

“Het is goed om te kunnen terugkijken naar hoe het vroeger was”, beaamt ook Björn Possé van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). “Soms blijkt een oude publicatie toch nog van nut. Het oude fotomateriaal dat is opgedoken, gebruiken we bijvoorbeeld geregeld in presentaties. In die zin heeft het rapport zeker bijgedragen aan bewustzijnscreatie. We mogen niet zomaar dingen weggooien, want er is al (te) veel verdwenen.”

Schatten op zolder

Tijdens de zoektocht kwamen bijzonder objecten aan de oppervlakte. Heel mooie handgeschreven verslagboeken, speeches, een hele collectie insecten, een historische bibliotheekcollectie, mooie foto’s en zelfs een brief met ongedierte erop gekleefd. Niet alles werd onder optimale omstandigheden bewaard. Het ‘Proef op de som’-traject was in die zin voor de proefcentra een eye-opener om hier verandering in te brengen.

De proefcentra werden aangenaam verrast door wat er opdook, en zijn positief over het gehele traject: “We willen samen met de dienst Landbouw van de provincie Antwerpen ons rapport én dat van de Hooibeekhoeve, waar we nauw mee samenwerken, bekijken en ermee aan de slag gaan”, vertelt Ine Kempen. Ook Björn Possé van het ILVO geeft aan dat ‘Proef op de som’ een stimulans was om aan de slag te gaan met hun historische bibliotheek.

“De grootste winst van het project is het grondige bewaaroverzicht”, concludeert Greet Draye. “Daarnaast hebben we ons netwerk aanzienlijk uitgebreid en waardevolle samenwerkingen opgebouwd die in de toekomst verder te benutten zijn. Het bewustzijn rond erfgoed is bovendien sterk vergroot.”

CAG

Lees ook in Actueel

Halve eeuw Twin Rotor- maaidorsers bij New Holland

Bedrijfsnieuws New Holland viert dat het 50 geleden zijn eerste maaidorsers met Twin Rotor-dors- en -scheidingstechnologie introduceerde. De productlijn, die gestart is met één enkel model in 1975, is uitgegroeid tot een compleet assortiment de dag van vandaag, aangevoerd door de nieuwe CR10 en CR11.
Meer artikelen bekijken