Landbouworganisaties reageren op Europese landbouwvisie: "We zijn al langer vragende partij"
Landbouworganisaties reageren positief op het plan van Eurocommissaris voor Landbouw en Voeding Christophe Hansen om het concurrentievermogen en de aantrekkelijkheid van de landbouwsector te verbeteren. Vlaamse boeren missen wel aandacht voor de vergunningsproblematiek in Vlaanderen door de Europese milieuwetgeving, terwijl hun Europese tegenhangers zich afvragen waar de middelen zijn om deze ambities waar te maken.
Woensdag 19 februari presenteerde de Europese Commissie haar ‘Vision for Agriculture and Food’. Dit langetermijn plan om de Europese landbouwsector terug aantrekkelijk te maken, zet in de eerste plaats sterk in op generatievernieuwing. Iets wat Groene Kring-voorzitter Justine Arkens wel kan appreciëren.
“Groene Kring is al langer vragende partij voor een ‘young farmers check’ waarbij beleid getoets wordt aan de impact op jonge landbouwers. Op deze manier kan men werken aan beleid dat effectief werkt voor deze jonge landbouwers en kunnen zij de rol van innovator opnemen die Hansen hen toebedeelt. Wij doen dan ook een warme oproep om dit beleid te implementeren.”
De Europese jonge boeren, verenigd onder belangenorganisatie Ceja, juichen ook de focus van de Visie op generatievernieuwing toe. “Al tientallen jaren moedigen we de EU en de lidstaten aan om voor een toolboxbenadering voor onze sector te kiezen”, zegt voorzitter Peter Meedendorp. “Dat betekent dat nieuwe generaties de juiste voorwaarden moeten krijgen om concurrerende en duurzame activiteiten te starten en te ontwikkelen, die op hun beurt kunnen bijdragen aan onze gemeenschappelijke EU-doelstellingen.”
Tegen het einde van het jaar stelt de Commissie een generatievernieuwingsstrategie voor, die dit beleid verder zal uitdiepen. Die zal bijvoorbeeld focussen op de toegang, mobiliteit en gebruik van land. “De oprichting van de ‘European Land Observatory’ en de lidstaten aansporen om aan hun sociaal en fiscaal beleid te werken, zijn al lang eisen van CEJA”, gaat het persbericht van Ceja verder. De belangenorganisatie legt verder de nadruk op de aandacht in het Europees plan voor sociaaleconomische veerkracht, risico- en crisisbeheer, nieuwe perspectieven voor het toekomstige GLB, investeringen in de landbouwsector en de aantrekkelijkheid van plattelandsgebieden.
Vergunningen
Volgens Arkens geeft de Visie te weinig aandacht aan de huidige problematieken van de Vlaamse jonge land- en tuinbouwer: de vergunningsproblematiek. “De strenge Europese milieuwetgeving maakt het lastig om vergunningen te verkrijgen. Zonder het aanpakken van de huidige problematieken op korte en middellange termijn, dreigen we nog steeds een generatie jonge boeren te verliezen. Ik hoop dat Eurocommissaris Hansen ook hier de nodige aandacht aan zal besteden.
Boerenbond-voorzitter Lode Ceyssens treedt haar daar in bij. “Er moet prioritair ingezet worden op een vlotte en rechtszekere regelgeving en vergunningsverlening. Zodra die er is, kunnen landbouwers ten volle de rol als voedsel- en energieproducent, als innovator en leverancier van de bio-economie opnemen. Want een rechtszeker, haalbaar en economisch sterk beleid zorgt voor een duurzame landbouw en zet de weg open naar de verdere verduurzaming van de sector in Europa.”
Toch ziet Ceyssens ook veel positieve punten in de landbouwvisie van de Europese Commissie. “We zien deze Visie echt als antwoord op onze vraag naar een Farmer’s deal, waar wij als landbouworganisatie voor pleitten na de boerenprotesten. Een Farmer’s deal, die met een aantal concrete en structurele bezorgdheden vanuit de sector aan de slag gaat, rond onder meer het belang van investeringen, ondernemerschap en economische slagkracht. Daarvoor zoekt hij naar oplossingen rond Renure, een performant en slagkrachtig GLB en het behoud van gewasbeschermingsmiddelen totdat er alternatieven voorhanden zijn. Zo levert regelgeving geen competetiviteitsnadeel aan de landbouwsector in de EU. We vragen dan ook dat er verder wordt ingezet op een duurzame intensivering en op diversiteit aan bedrijfsmodellen, waarbij ook rekening wordt gehouden met de vergrijzing van onze land- en tuinbouwers, zeker in de veeteeltsector.”
Ambitie
Wel vraagt Meedendorp zich af hoe we de ambitie ingebed in de Visie in de praktijk kunnen waarmaken. “Vooral gezien de aankondigingen van vorige week over het toekomstig Meerjarig Financieel Kader (MFK). Als we voor een meer solide continuüm tussen onze landbouw-, klimaatdoelstellingen en handelsrealiteit willen gaan, moeten we daarvoor de juiste middelen vinden. Zoals het er nu naar uitziet, vrezen we ten zeerste dat de visie met een harde realiteit zal worden geconfronteerd.”
Ook koepelorganisatie Copa-Cogeca zegt, ondanks verschillende positieve elementen zoals de erkenning van boeren als entrepeneurs, focus op vereenvoudiging en geen verbod van gewasbeschermingsmiddelen zonder alternatieven, dat het onmogelijk is om het lopende debat over de financiering van het GLB in het volgende MFK te negeren.
“Vorige week waarschuwde Copa Cogeca voor de gevaren van het samenvoegen van fondsen en het opstellen van nationale plannen met 1 begroting. De visie van vandaag maakt echter geen melding van de GLB-begroting en verwijzingen naar de tweede pijler en de financiering ervan ontbreken eenvoudigweg in de definitieve versie van de mededeling. De complementariteit tussen het Europees landbouwgarantiefonds, dat steun verleent, en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling, dat meerjarige maatregelen en investeringen mogelijk maakt, is van cruciaal belang voor de sector en moet behouden blijven”, aldus Copa-Cogeca.
De ambities en voorstellen in de Visie zullen volgens Copa-Cogeca weinig zoden aan de dijk zetten zonder een robuust GLB, dat wordt ondersteund door een verhoogd budget in het MFK voor de periode na 2027.
Ook met betrekking tot handel, waarbij de Commissie belooft meer in te zetten op wederkerigheid en gelijke standaarden, vragen de jonge Europese boeren zich af of de EU de middelen heeft om de roep tot meer assertiviteit waar te maken.
