DGZ geeft tips om hittestress te vermijden
Ook al hebben we geen tropische zomer, toch kunnen warmere dagen ervoor zorgen dat je dieren last hebben. DGZ geeft daarom graag enkele tips om jouw dieren tijdens warme dagen meer comfort te bezorgen en hopelijk hittestress te vermijden.

Op warme dagen kunnen dieren het lastig krijgen om hun eigen lichaamstemperatuur te regelen. Hitte is dan ook nefast voor zowel het welzijn als de productieresultaten van dieren. Hieronder vind je enkele tips per diersoort om je dieren tijdens warme dagen meer comfort te bieden en hittestress te voorkomen.
Rundvee
De optimale omgevingstemperatuur voor volwassen runderen ligt tussen -5 °C en 18 °C. Bij een temperatuur van 20 °C en een luchtvochtigheid van 60 tot 80% loopt een rund al risico op hittestress. Dit wil zeggen dat de koe dan extra energie moet gebruiken om zichzelf af te koelen. Als de temperatuur en de luchtvochtigheid nog meer stijgen, kunnen runderen hierdoor in de problemen komen en is er aandacht nodig om het afkoelingsproces te ondersteunen.
Hoe herken je hittestress bij rundvee?
Een aantal symptomen geven aan dat er sprake kan zijn van hittestress. Dieren zoeken bijvoorbeeld de schaduw op en staan meer recht omdat ze zo hun warmte makkelijker kwijt kunnen. Daarnaast verzamelen ze bij drinkplaatsen omdat ze meer willen drinken. Een rund met hittestress ademt sneller, wordt trager en eet minder met mogelijk pensverzuring tot gevolg. Verder produceren deze runderen minder melk en hebben ze een hoger risico op uierontstekingen en klauwaandoeningen.
Hoe voorkom je hittestress bij rundvee?
Veehouders kunnen schaduw op de weide voorzien door eenvoudige, schaduwrijke schuilhokken te plaatsen of schaduwdoeken op te hangen. Onderzoek van ILVO toonde de positieve effecten van deze doeken aan.
Het aanplanten van snelgroeiende boomsoorten loont op lange termijn. Volgens klimaatvoorspellingen zullen we steeds vaker te maken hebben met warme, droge zomers. Het is een relatief goedkope, maar zeer efficiënte manier om schaduw te voorzien.
Bij warme temperaturen is het klimaat van de stal vaak aangenamer dan op de weide. Zet daarom de dieren op stal tijdens de warmste momenten van de dag. Blijft het de hele dag warm, raadt DGZ aan om de dieren enkel ‘s nachts op de weide te laten.
Veehouders zorgen best ook voor verkoeling in de stal. Zij kunnen de natuurlijke en/of mechanische ventilatie (via ventilatoren) in de stal optimaliseren. De daken met water besproeien kan de temperatuur in de stal ook significant doen dalen. Vernevelsystemen in de stal hebben een rechtstreeks afkoelend effect op de dieren. Let wel op dat ze niet te nat worden.
Als de temperaturen boven de 25 °C uitstijgen, drinken koeien per dag 30 tot 40% meer dan gewoonlijk. DGZ vraagt veehouders om daar rekening mee te houden, wetende dat een volwassen melkgevend rund reeds in normale omstandigheden en afhankelijk van haar productieniveau 80 tot 150 liter water per dag drinkt. Zorg daarom voor voldoende drinkwaterpunten met proper water, zowel in de stal als op de weide. De ideale temperatuur van het drinkwater is ongeveer 18 °C.
Voeder kleinere porties
DGZ vraagt nog om extra aandacht aan de hoogdrachtige dieren te besteden.
Varkens
Hittestress kan voorkomen wanneer de gevoelstemperatuur de boventemperatuur van de thermoneutrale zone overschrijdt. De thermoneutrale zone is de omgevingstemperatuur waarbinnen een varken zijn lichaamstemperatuur op peil kan houden zonder zijn warmteproductie aan te passen. De onder- en boventemperaturen van deze zone zijn afhankelijk van heel wat factoren. Zo zullen ze dalen en verder uit elkaar komen te liggen als het gewicht toeneemt. Ook factoren zoals de bevloering, de voedersamenstelling en de groepsgrootte kunnen een invloed hebben op de boven- en ondertemperatuur van deze zone.
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de thermoneutrale zone voor verschillende gewichten en hokuitvoeringen.

Hoe herken je hittestress bij varkens?
Door je dieren te observeren kun je te weten komen of ze al dan niet in hittestress verkeren. Varkens zweten niet, ze moeten hun warmte dus op andere manieren kwijt raken.
Als ze het te warm hebben, gaan ze sneller ademenen. Zeker als de hitte blijft aanhouden. Bij hittestress gaan de dieren mesten op de volle vloer en rollen ze zich in de uitwerpselen om zo wat verkoeling te vinden. Verder zullen ze elk contact met elkaar vermijden en languit in zij-lig op de grond gaan liggen.
Hittestress valt het hardst op bij zwaardere vleesvarkens. De omzetting van voer naar vlees is immers een proces waarbij warmte vrijkomt. Door hittestress vermindert de eetlust wat kan leiden tot een zichtbare groeistilstand. Verder zijn er ook extreme gevallen bekend van een hartfalen ten gevolge van hittestress, zowel bij vleesvarkens als zeugen.

Hoe voorkom je hittestress bij alle varkens?
In het algemeen kan je ervoor zorgen dat de dieren voldoende fris en kwaliteitsvol drinkwater ter beschikking hebben. Idealiter is de temperatuur daarvan 15 tot 18°C.
Zorg ook voor verkoeling door bijvoorbeeld de betonnen vloer nat te sproeien of gebruik een vernevelsysteem.
Voeder indien mogelijk de dieren op de koelere momenten van de dag. Vraag ook eens naar een aangepast voer bij je voederleverancier dat kan helpen bij de hittestress.
Ook kan je de bezettingsdichtheid verminderen. Dek verder de ramen af tijdens de zomerperiode maar houd hierbij rekening met de normen voor lichtintensiteit (minimum 40 lux). Je kan ook de ramen van de stal witkalken. Daarmee verminder je de directe inval van zonlicht.
Hoe voorkom je hittestress bij vleesvarkens?
Als varkenshouder zorg je er best voor dat zware vleesvarkens tijdig of vervroegd naar het slachthuis afgevoerd worden. Vermijd ook transport, laden of lossen van de dieren tijdens de warmste uren van de dag.
Geef verder de dieren energierijker voeder om groeistilstand door verminderde eetlust tegen te gaan.
Hoe voorkom je hittestress bij zeugen?
Zorg er als varkenshouder voor dat de zeugen niet te vet staan in de zomer. Vermijd ook onnodige verplaatsingen van hoogdrachtige zeugen.
Als de temperatuur in de kraamstal te hoog wordt, schakel dan de vloerverwarming en/of warmtelampen sneller uit.
Hoe voorkom je hittestress bij beren?
Controleer regelmatig het sperma bij beren waarvan het verzameld wordt. “Beren die last hebben van hittestress hebben immers een verminderde spermaproductie met bovendien sperma van verminderde kwaliteit”, aldus DGZ. Dit effect kan tot 6 weken na een moment van hittestress te zien zijn.
Pluimvee
Bij een omgevingstemperatuur van 18 tot 21 °C is pluimvee in staat om de lichaamstemperatuur vrij makkelijk stabiel te houden. Wordt het warmer, dan krijgt het dier het steeds moeilijker om zijn overtollige lichaamswarmte kwijt te raken en spreken we van hittestress, aldus DGZ.

Wat zijn de gevolgen van hittestress op de productieresultaten van pluimvee
Pluimvee met hittestress zal minder voer opnemen. Is de omgevingstemperatuur hoger dan 32 °C, dan daalt de voeropname met 5% per graad Celsius dat de omgevingstemperatuur stijgt.
Snelgroeiende rassen zijn door hun hogere lichaamstemperatuur minder bestand tegen hogere omgevingstemperaturen. Dat leidt sneller tot een gedaalde voeropname, waardoor hun snelle groei niet ten volle benut wordt.
Bij een hogere omgevingstemperatuur is er meer sterfte, vooral bij vleeskippen. Hittestress heeft ook een negatief effect op de eiproductie en het eigewicht. De eischalen worden dunner en zullen sneller breken.
Hoe voorkom je hittestress bij pluimvee?
Optimaliseer het stalklimaat door ervoor te zorgen dat er fijn verneveld wordt, zonder druppelvorming. Zo ontstaat er geen nat strooisel. Vernevel elk uur gedurende 2 minuten.
Meet wel regelmatig de relatieve vochtigheid (RV) van de stal. Volg als regel: RV + staltemperatuur = 90. Dreigt er een onweer en wordt de buitenlucht vochtiger, schakel de verneveling dan pas uit als dit weer meer dan een dag aanhoudt.
Verder hou je de stalpoorten dicht. Ventilatoren in de stal zorgen voor een goede luchtcirculatie en een koelend effect bij de dieren. Met rookproeven kun je de luchtstroom in de stal bekijken en eventueel bijsturen. Observeer ook hoe de dieren zich gedragen.
Daarnaast verminder je als pluimveehouder bij gevaar tot hittestress best de bezettingsdichtheid. Dit kan onder meer door vroeger te slachten of meer te laden.
Zorg er ook voor dat de dieren voldoende toegang hebben tot zuiver en fris drinkwater. Aan het drinkwater kan je supllementen zoals vitaminen en mineralen toevoegen.
Ten slotte, let je best op de voersamenstelling. Compenseer de gedaalde voeropname door vetrijker voer aan te bieden. Bij de vertering van vetstoffen wordt minder lichaamswarmte geproduceerd dan bij de vertering van eiwitten of koolhydraten. Voeg eventueel anti-oxidanten, vitamines, pro- en prebiotica en/of aminozuren toe aan het voer.
Kleine herkauwers
Als de temperatuur boven de 22 °C stijgt loopt een kleine herkauwer al risico op hittestress. Dit wil zeggen dat het dier dan extra energie moet gebruiken om zichzelf af te koelen. Als de temperatuur en de luchtvochtigheid nog meer stijgen, kunnen kleien herkauwers hierdoor in de problemen komen en is er aandacht nodig om het afkoelingsproces te ondersteunen.

Hoe herken je hittestress bij kleine herkauwers?
Deze dieren zoeken bij hittestress de schaduw op en staan meer recht. Zo kunnen ze hun warmte makkelijker kwijt. Ze verzamelen zich ook bij drinkplaatsen omdat ze meer willen drinken.
De kleine herkauwers met hittestress ademenen sneller, worden trager, en eten minder met mogelijk pensverzuring tot gevolg. Ze produceren ten slotte midner melk en hebben een hoger risico op uierontstekingen en klauwaandoeningen.
Hoe voorkom je hittestress bij kleine herkauwers?
Als veehouder voorzie je best schaduw op de weide voor je kleine herkauwers. Je kan bijvoorbeeld eenvoudige, schaduwrijke schuilhokken plaatsen, of schaduwdoeken ophangen. Zoals gezegd toonde onderzoek van ILVO de positieve effecten van deze doeken aan.
Het planten van snelgroeiende boomsoorten loont op lange termijn door de voorspelde drogere en warmere zomers in de toekomst. Het is een relatief goedkope maar zeer efficiënte manier om schaduw te voorzien, vinden ze bij DGZ.
Het klimaat van de stal is bij warmere temperaturen vaak aangenamer dan op de weide. Zet daarom de dieren op stal tijdens de warmste momenten van de dag. Blijft het de hele dag warm laat de dieren dan enkel ‘s nachts op de weide.
Zorg ook voor verkoeling in de stal. Optimaliseer de natuurlijke en/of mechanische ventilatie (via ventilatoren) in de stal.
Dieren drinken meer als de temperaturen boven de 25°C stijgen. Zorg daarom voor voldoende drinkwaterpunten met proper water, zowel in de stal als op de weide. De ideale temperatuur van het drinkwater is ongeveer 18°C.
Voeder kleinere porties verdeeld over meerdere keren om broei tegen te gaan, en voeder net voor koelere periodes. ‘s Avonds is bijvoorbeeld een goed moment.
DGZ raadt ten slotte aan om extra aandacht te besteden aan hoogdrachtige dieren.