Startpagina Akkerbouw

Spitten en directzaai als alternatieven voor de ploeg?

De traditionele zaaimethodes stonden het afgelopen najaar en voorjaar onder druk door de extreme neerslag. Er is dan ook een groeiende behoefte aan alternatieve technieken om toch de gewassen te kunnen zaaien in de korte, (relatief) droge periodes.

Leestijd : 6 min

De boer ploegde voort, maar in moeilijke jaren wordt de ploeg toch in vraag gesteld. Het PCLT sprak tussen de buien door met 3 loonwerkers die de ploeg in de loods houden en die veel konden zaaien in de weinig droge periodes.

Krukasspitmachine in zware klei

Spitten biedt een aantal belangrijke voordelen in natte jaren en onder moeilijke omstandigheden. Met een spitmachine verbeter je in die jaren de bodemstructuur en de waterdoorlaatbaarheid. De techniek is bovendien geschikt voor verschillende bodemsoorten. Spitten en zaaien wordt vaak in één bewerking gedaan. Door minder werkgangen verminder je bodemverdichting. Daardoor heb je geen drogende dagen nodig tussen de eerste grondbewerking en het zaaien.

In zware kleiige grond wordt vaak gekozen voor een krukas-spitmachine. Deze duwt de grond los met een spade die recht de grond in gaat en die de grond naar omhoog en naar achteren gooit. De grond breekt open op een achterrek dat in hoogte verstelbaar is. Deze types spitmachines geven een spiteffect en frezen absoluut niet. Een krukasmachine loopt ook minder snel vol en heeft een kleinere vermogensbehoefte tegenover de roterende versie.

Bij de combinatie van loonwerker Kevin Ghyselen is achterop een rotorkopeg gemonteerd om de nog grove kluiten te verkleinen. Het zaad wordt afgelegd achterin de rotorkopeg en een egalisatiebalk achteraf zorgt voor het licht bedekken van het zaaigoed. Het resultaat is een veel grover resultaat, wat meer waterdoorlaatbaarheid biedt dan bij het traditionele ploegen. De grotere kluiten zijn typisch voor de krukasspitmachine en zorgen voor minder versmering tegenover een rotorspitmachine in de zware kleigronden.

Kevin geeft nog mee dat spitten ook kan in goede bodemcondities. Spitten zorgt ervoor dat de wintertarwe beter de winter doorkomt door de betere waterdoorlaatbaarheid van de bodem.

Naast wintertarwe heeft Kevin dit voorjaar ervaring opgedaan met het zaaien van vlas. De krukasspitter komt dan in de plaats van de ploeg. De grond is meer doorlaatbaar, waardoor er minder kans is op plasvorming. Tijdens de weinig goede momenten kon dan later op het jaar in goede omstandigheden toch vlas gezaaid worden.

Een krukasspitmachine vraagt meer onderhoud. Er staan vele smeernippels op in vergelijking met een rotorende spitmachine. Sommige merken bieden om die reden een automatisch smeersysteem aan.

Vele kanten uit met een rotorspitmachine

Daarna spreken we met Kobe Vandepitte, die actief is in een zandleemregio. De jonge loonwerker heeft al enkele jaren ervaringen met een rotorspitmachine, zowel in natte als in droge omstandigheden. Belangrijk is om de rijsnelheid opgegeven door de fabrikant te respecteren voor een goed resultaat. Met de gepaste rijsnelheid kan je beter een vaste bovenlaag bereiken, die belangrijk is voor de nabewerkingen later op het jaar. Met aandacht voor de correcte afstelling behaal je het juiste zaaibed in één werkgang. Kobe Vandepitte heeft zo in een kleiner tijdsvenster wintertarwe of maïs gezaaid.

De gewasresten worden gemengd met de bovenste vruchtbare bodem en blijven in de bovenste laag actief, wat meer organische stof oplevert. Ook het inwerken zelf van de gewasresten lukt goed. De achterste harkrol zorgt voor een goed en gelijk aangedrukte toplaag. Bij fabrikanten is de keuze van achterste rol afhankelijk van de bodemcondities, teelt en grondsoort.

Een roterende spitmachine bewerkt de grond door middel van een spitas. Op de spitas zitten spitarmen waarbij op iedere arm een spadeblad is gemonteerd. De werkdiepte kan eenvoudig aangepast worden aan de hand van de achterste drukrol. De machine kan werken vanaf 12,5 cm diepte voor een niet kerende grondbewerking, tot zelfs 135 cm voor bijvoorbeeld de aspergeteelt. Voor de zwaardere en nattere gronden kan ook een spitmes gemonteerd worden in plaats van een spadeblad. Verwar een spitmachine niet met een ‘frees’. Frezen is het totaal ‘vermalen en verkleinen’ van de gronddeeltjes, terwijl een spitmachine de grond losmaakt en beter is voor het behoud van de bodemstructuur.

Strip-till directzaai

Terug naar de polder spreken we met Bert Defruyt, die zijn eerste ervaringen heeft opgedaan met de Claydon M3 Evolution-directzaaimachine. Directzaai is een methode waarbij zaden zonder voorafgaande grote grondbewerking in de bodem worden geplaatst. Er zijn verschillende manieren van directzaai, met als principe het behoud van bodemstructuur en minder verstoring van het bodemleven. Doordat de bodemstructuur grotendeels intact blijft en de gewasresten bovenop blijven, wordt erosie door regen verminderd. Directzaai levert ook een grote tijdswinst, ideaal voor korte periodes van droog weer zoals afgelopen najaar en voorjaar.

De niet-kerende bodembewerking zorgt ervoor dat organische stof bovenaan blijft, wat de bodem weerbaarder maakt en het bodemleven stimuleert. Indien er nog voldoende gewasresten aanwezig zijn, komt deze techniek in aanmerking voor de ecoregeling ‘teelttechnische erosiebestrijdende en bodemverbeterende technieken’ in het huidige GLB. Deze maatregel brengt maximaal 86 euro/ha op. Bert test dit jaar de Claydon ook voor de inzaai van maïs. De maïs wordt dan ingezaaid in stroken en komt zo ook in aanmerking voor deze ecoregeling voor een kleiner bedrag van 25 euro/ ha. De 2 voorgenoemde bedragen zijn niet cumuleerbaar.

Bert heeft in het najaar van 2023 wintertarwe gezaaid na de oogst van pootaardappelen, silomaïs, graszaad en tarwe. Inzetten op niet kerende bodembewerkingen omvat een totaalpakket en moet je zien over meerdere jaren, om de voordelen van meer bodemleven, vooral regenwormen, op de lange termijn te zien. Klimaatverandering zorgt voor meer extremen, waar we als akkerbouwer sterk mee geconfronteerd worden. De nodige inputs, zoals meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, worden beperkt. Inzetten op een betere bodem, daar zit volgens Bert de sleutel tot succes. De strip-tilltechniek van Claydon beantwoordt dan ook het best aan Berts prioriteiten.

Dit voorjaar doet Bert de eerste testen bij het zaaien van maïs in niet geploegd bietenland, direct na gras en na groenbemester.

Voor een goede werking is een ondiepe losse bovenlaag nodig. Na wintertarwe kan een dubbele bewerking met een ondiepe bodembewerkingmachine al voldoende zijn. Voor het verkleinen van de groenbemester kan een klepelmaaier nodig zijn. Belangrijk is om de bodem niet dieper dan de zaaidiepte te bewerken! Op die manier behoud je het onderste bodemprofiel en behoud je het ecosysteem van de regenwormen.

De Claydon strip-till-graanzaaimachine geeft een goede werking bij een vaste ondergrond, een vlakke grond en wat fijne aarde bovenop.

De Claydon Evolution heeft een eigen principe met 2 tanden die na elkaar werken. De zaairijen worden optioneel voorbereid met gekartelde schijven. Deze zorgen voor het versnijden van de gewasresten bovengronds en vermijden mogelijke verstoppingen door meeslepende gewasresten. Daarna komen de voorste rij woeltanden. Die zorgen voor het openbreken van de grond (0-20 cm onder de zaaidiepte) vlak onder de gezaaide stroken. Het water kan zo gemakkelijker in de grond en ook de wortels zoeken hier snel hun diepte op. Direct hierna komen verende ganzenvoeten met zaadafleg op de gewenste zaaidiepte. Als laatste komen geveerde sleepvoeten en een rij eggetanden die zorgen voor een vlak eindresultaat. In optie kan de machine ook meststoffen toedienen in de voorste rij tanden (onder het zaad) en granulaat net boven het zaad. Door de combinaties kunnen mengteelten op verschillende werkdieptes in één werkgang gezaaid worden.

Via grote dieptewielen wordt het volledige chassis ingesteld en zorgt zo voor een precieze instelling van de zaaidiepte. Het zaaien gebeurt in stroken van 18 cm. Er is 15 cm tussen de stroken.

Het is nog te vroeg om grote conclusies te trekken. De gewassen in de polder hebben de natte winter goed doorstaan en staan er prachtig bij. Er zullen voor deze techniek zeker nog demo’s en veldbezoeken komen. Bert Defruyt wijst ons nog op het verschil in mindset. Niet kerende grondbewerking is een totaalaanpak. Zo kunnen uitdagingen als resistente duist aangepakt worden via een vals zaaibed na de oogst. Ook hier telt zo ondiep mogelijk bewerken.

Besluit

In een extreem nat jaar zoals 2023-2024 moeten landbouwers hun keuze van grondbewerkingstechniek zorgvuldig overwegen. Ploegen kan problematisch zijn vanwege verdichting en erosie, terwijl spitten een goed alternatief biedt, maar hogere kosten en energieverbruik met zich meebrengt. Directzaai vraagt een totaal andere aanpak en lijkt de beste optie in termen van minimale bodemverstoring en snelle inzaai. Toch blijft de regel: ‘kom pas op uw veld als de grond het toelaat’. Doordat alles in één werkgang gebeurt, geven deze alternatieven meer mogelijkheden dit voorjaar.

In dit artikel hebben we de ervaring van 3 loonwerkers gedeeld. Er zijn nog tal van andere constructeurs actief bezig met het zoeken naar een duurzame grondbewerking in zowel natte als droge bodemcondities. Niet kerende grondbewerking en oppervlakkig bewerken is wel een trend, net als meststoffen en granulaat samen toedienen in de rij of op plantniveau. Met het PCLT volgen we deze trends op de voet en komen de duurzame innovaties aan bod in ons opleidingsaanbod.

Bart Vandaele (PCLT)

Lees ook in Akkerbouw

Geïntegreerde ziektebestrijding in wintergranen

Granen De Vlaamse overheid organiseerde, in samenwerking met het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) en lokale verenigingen, naar het einde van de winter toe enkele graanavonden. Daarin werd een overzicht gegeven van de proefervaringen bij geïntegreerde ziektebestrijding in wintergranen in het vorige teeltseizoen.
Meer artikelen bekijken