Mestbeleid is nog niet aan de eindstreep
Uit een recent gesprek met Eurocommissaris Jessika Roswall onthoudt minister Jo Brouns dat Vlaanderen de lat van goede toestand in het kader van het mestbeleid in 2027 niet zal halen. Een magere troost daarbij is dat er nog wel meer lidstaten deze situatie moeten verbijten.

Minister Brouns (cd&v) herinnerde aan de effecten van het ‘one out, all out’-principe dat de stappen die wel voorwaarts gezet worden grotendeels verbergt. De minister antwoordde dit op een tussenkomst van Arnout Coel (N-VA) in de commissie Leefmilieu van 18 februari. Die had het uitgebreid over de terugverdieneffecten en de nulbemesting in VEN-gebieden (Vlaams Ecologisch Netwerk). Coel sneed meteen de bezorgdheid aan van de Europese Commissie over de kwaliteit van de oppervlaktewateren in België.
Achteruitgang stoppen
Over VEN was de minister kort. “Het besluit van de Vlaamse Regering over de vrijwillige nulbemesting in het VEN werd na het verkrijgen van een begrotingsakkoord op 16 februari geagendeerd voor principiële goedkeuring op de ministerraad van vrijdag 21 februari.”
Brouns overliep recent met de Eurocommissaris een aantal aangekondigde initiatieven. Het aangepaste mestbeleid werd daarbij niet uit de weg gegaan. Dat gesprek was constructief zonder dat de Eurocommissaris in detail kon ingaan op de lopende procedures. Dat neemt niet weg dat Jo Brouns bij die gelegenheid duidelijk en expliciet zijn zorgen uitte samen met de toelichting over de inspanningen die Vlaanderen al doet. De minister is van mening dat verdere toelichting aan de Europese Commissie over het aangepaste mestbeleid nodig is om nog meer duidelijkheid te scheppen.
De vaststellingen van de Europese Commissie zijn volgens Vlaams minister Brouns niet onverwacht. Hij beseft dat Vlaanderen de verbeteringsplicht heeft om een verdere achteruitgang van de waterkwaliteit tegen te gaan.
De ecologische toestand van ons water en ook de chemische toestand, alleen al door de aanwezigheid van alomtegenwoordige stoffen(koolwaterstoffen, kwik, PFOS en andere) zullen nog decennialang in te hoge concentraties in ons leefmilieu aanwezig zijn. Brouns bevestigt de bevindingen van de Commissie. Hij voegt daar aan toe dat dit niet wil zeggen dat daarvoor geen maatregelen kunnen genomen worden om de toestand te blijven verbeteren.
Goede punten
Jo Brouns wijst er meteen op dat de Commissie Vlaanderen ook een aantal goede punten gaf. De aanpak met reductiedoelen, de grondige analyse van de drukfactoren en de investeringen in waterlopen en rioleringen worden als dusdanig positief benoemd en erkend. Bovendien werd eind vorig jaar door het Vlaams Parlement het aangepaste mestbeleid goedgekeurd dat nog niet in de analyse van de Commissie werd meegenomen. In die zin zijn volgens Brouns de aanbevelingen op dat punt gedateerd.
Renure en mesttransport naar Wallonië
Commissielid Bart Dochy (cd&v) polste de minister naar de bespreking met Europa over de Renure-meststoffen. Dat is dierlijke mest die dermate behandeld is dat hij eigenlijk gelijkgesteld moet kunnen worden met kunstmest. Het commissielid informeerde ook naar de vraag naar derogatie, vooral in de rundveesector waar de uitscheidingsnormen gevoelig gestegen zijn door de nieuwe normen in het MAP.
Dochy benadrukte bovendien de al lang gestelde vraag om in de mogelijkheid te voorzien om mest van Vlaanderen naar Wallonië te transporteren.
Na zijn MAP-tocht door Vlaanderen bevestigt Brouns dat landbouwers er zich van bewust zijn dat een aantal maatregelen nodig zijn en dat zij zelf een deel van de oplossing vormen. De landbouw wil mee zijn verantwoordelijkheid dragen, maar wijst er op dat 250.000 huisgezinnen in Vlaanderen nog niet aangesloten zijn op de riolering. In die zin vindt Brouns het belangrijk dat men de MAP-meetpunten evalueert. Dat staat op de agenda.
Aangaande de terugverdieneffecten en de bemestingsruimte als compensatie voor goede praktijken bestaan er volgens de minister verschillende technieken bij het bemesten. Er is dringend uniformisering gevraagd aan het ILVO.
Wat derogatie en Renure aangaat, heeft Brouns de evaluatie van de Nitraatrichtlijn besproken met Eurocommissaris Roswall. Hij sluit zich aan bij Nederland dat het belang van derogatie heeft bepleit in een schrijven. De Vlaamse minister voor Leefmilieu die ook landbouw ter harte neemt, kijkt verwachtingsvol uit naar Eurocommissaris voor Landbouw Hansen die volgens hem dat idee genegen is in het kader van een meer structurele landbouw. Vlaanderen is in dit verband pleitbezorger.
Op de kostenberekening in het kader van de flankering of de instap heeft minister Brouns nog geen duidelijk zicht. Hij begrijpt dat landbouwers de bijkomende verstrenging en de bijkomende maatregelen niet op applaus onthalen.
Brouns gaf nog mee dat er op Europees niveau een evaluatie van de Nitraatrichtlijn (170 kg stikstof/ha) komt.
Fons Jacobs