Nederlandse expert adviseert tweede vaccinatie tegen blauwtong bij schapen
Het blauwtongvirus serotype 3 verspreidt zich verder door Europa. Het virus is inmiddels vastgesteld in Nederland, België, Duitsland, Frankrijk en Denemarken. Piet van Rijn, blauwtong- en vaccinexpert bij het Nederlandse Wageningen Bioveterinary Research, roept veehouders op hun herkauwers (runderen, schapen, geiten en alpaca's) te vaccineren. “Een tweede vaccinatie bij schapen is aan te raden”, aldus van Rijn.
Piet van Rijn was één van de sprekers tijdens een webinar dat werd georganiseerd door Royal GD. In zijn bijdrage bracht van Rijn de vaccinatieaanpak tijdens de blauwtongepidemie van 2006-2008 in herinnering. “Destijds waren we succesvol in het uitroeien van het blauwtongvirus serotype 8 door het toepassen van een gerichte vaccinatiestrategie.”
Agressiever
Noordwest-Europa heeft momenteel te maken met serotype 3 van het blauwtongvirus. In Nederland zijn met speciale toestemming van het Nederlandse ministerie van Landbouw (LVVN) 3 vaccins tegen serotype 3 beschikbaar voor gebruik. Deze vaccins worden geproduceerd volgens hetzelfde proces als destijds de vaccins tegen BTV serotype 8.
Het grootste deel van de Nederlandse schapenhouders heeft één van deze vaccins tegen serotype 3 toegepast zodra deze beschikbaar kwamen. Ondanks de vaccinatie worden dieren ziek als gevolg van infectie met blauwtongvirus serotype 3. Volgens Van Rijn komt deze vaststelling niet onverwacht. “Uit voorlopig onderzoek naar de effectiviteit van de vaccins kwam naar voren dat de ontwikkelde vaccins mogelijk minder beschermend zouden zijn, dan wat in de 2007-2008 werd gevonden bij vaccins tegen serotype 8. Waarschijnlijk komt dat doordat het blauwtongvirus serotype 3 veel agressiever is dan het serotype 8 waar we in 2006-2008 mee te maken hadden.”
Immuunsysteem opnieuw stimuleren
Op basis van de huidige bevindingen adviseert Van Rijn om schapen een tweede vaccinatie te geven. “Ons advies aan schapenhouders is om ongeveer 4 tot 5 weken na de eerste prik een tweede vaccinatie toe te passen.” Piet van Rijn verwacht dat deze tweede vaccinatie zal leiden tot een betere en langdurige bescherming doordat het immuunsysteem opnieuw wordt gestimuleerd.
“Het is ook belangrijk dat rundveehouders de voorgeschreven dubbele vaccinatie toepassen”, benadrukt van Rijn. “In het algemeen worden koeien minder ziek van het blauwtongvirus, maar ze zijn een belangrijk virusreservoir van waaruit de knutten zich kunnen voeden en de ziekte verder kunnen verspreiden.”
Perspectief
Met een effectieve en krachtige vaccinatiecampagne is er volgens Wageningen Bioveterinary Research hoop dat de ziekte kan worden teruggedrongen en de impact van het blauwtongvirus de komende maanden zal afnemen. “Omdat de knutten tot laat in de herfst actief blijven, verwacht ik niet dat het virus dit jaar zal verdwijnen. We moeten bovendien voorbereid zijn op het opnieuw opduiken ervan volgende zomer. Vaccinatie is onze enige remedie om deze agressieve variant van het blauwtongvirus te bestrijden”, besluit van Rijn.
