Startpagina Archief

Opgelet met de dodelijke infectieziekte listeriose

Zenuwsymptomen, variërend van plotselinge coördinatieproblemen tot onverklaarbare blindheid, kunnen verscheidene oorzaken hebben. Ze kunnen het welzijn van de getroffen dieren aanzienlijk aantasten. Ze kunnen ook angstaanjagende beelden opleveren voor hun eigenaars. Een van de mogelijke oorzaken van zenuwsymptomen bij schapen en geiten is listeriose.

Leestijd : 6 min

Listeriose is een bacteriële infectie, veroorzaakt door Listeria monocytogenes. De aandoening kan ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken, meestal ten gevolge van aantasting van de kopzenuwen, die ontspringen uit de hersenstam. In zeer ernstige gevallen kan de ziekte zelfs een fatale afloop kennen. Aangezien met een snelle detectie en juiste behandeling kleine herkauwers hiervan kunnen herstellen, gaan we in dit artikel dieper in op bovengenoemd pathogeen.

Infectieroutes

Zoals reeds aangehaald, wordt listeriose veroorzaakt door Listeria monocytogenes. De kiem kan gevonden worden in de grond, voedsel, water, maar ook in het maag-darmstelsel en dus in de mest van gezonde dieren. Door de wijde verspreiding in de natuur is blootstelling van dieren aan Listeria-organismen onvermijdelijk.

De ziekte wordt duidelijk en meestal veroorzaakt door orale opname. Er zijn echter ook andere wegen beschreven, zoals via de conjunctiva, microlaesies van de huid, slijmvlies van de mond of de genitaliën of zelfs via het speenkanaal van de uier. Meestal wordt deze ziekte bij schapen en geiten geassocieerd met het voederen van beschimmeld of bedorven hooi of van kuilvoer dat niet genoeg gefermenteerd is. Wanneer een kuil voldoende samengedrukt en niet blootgesteld is aan zuurstof, zal de zuurtegraad (pH) van de kuil tijdens het fermenteren dalen. Daardoor kan de bacterie slecht overleven.

Het is mogelijk dat dieren besmet geraken zonder beschimmeld of bedorven hooi of kuilvoer te voeren, aangezien het organisme vaak in de omgeving voorkomt en ook zo opgenomen kan worden. Opname van de kiem resulteert ook niet altijd in klinische symptomen. Dieren die wel klinische symptomen ontwikkelen, zijn meestal deze waarvan de weerstand verminderd is door stressfactoren, zoals andere ziekten, dracht, overbezetting, transport en slechte huisvesting, of dieren die zijn blootgesteld aan zeer hoge concentraties van het organisme.

Klinische tekenen

Eerst en vooral is het belangrijk om de ziekte te herkennen. De aandoening kan zich op verschillende manieren uiten, waaronder plotse sterfte, maar toch voornamelijk via hersen(vlies)ontsteking of via abortusinductie.

Wanneer een infectie in de baarmoeder van een drachtig schaap of geit een ontsteking veroorzaakt, leidt dit vaak tot een abortus zonder verdere klinische tekenen bij de dieren.

Bij kleine herkauwers die lijden aan listeriose met hersenontsteking (encephalitis), zijn er daarentegen zowel weinig specifieke als enkele zeer specifieke ziektetekenen te herkennen. Vaak wordt er eerst apathie opgemerkt: de dieren zijn lusteloos en verliezen hun interesse in voedsel. Koorts is ook mogelijk aanwezig, waarbij een lichaamstemperatuur boven 39,5 °C bij geiten en boven 40,0 °C bij schapen als koorts wordt beschouwd.

Omdat de bacterie de kopzenuwen aantast en verlamt, verschijnen er al snel enkele specifieke zenuwsymptomen. Deze omvatten cirkelgang, zijwaartse kanteling van de kop, overmatig speekselen, en afhangende oogleden, oren of lippen aan één zijde van het dier. Door de verlamming van deze zenuwen kan het oog niet meer goed sluiten, wat kan leiden tot keratoconjunctivitis (oogontsteking). Daarnaast kan er ataxie optreden, wat zich uit in ongecoördineerde bewegingen en een wankele gang, soms vergezeld van het trillen van de spieren. In verdere stadia kunnen de dieren niet meer opstaan, krijgen ze convulsies, en kunnen ze de nek overdreven achterover strekken.

Uiteindelijk kan listeriose leiden tot sterfte, zowel door het onvermogen van de dieren om te eten of te drinken als door bloedvergiftiging.

Diagnose

De diagnose van listeriose is afhankelijk van de vorm van de ziekte. De neurale vorm kan worden gediagnosticeerd aan de hand van de kenmerkende klinische tekenen (cirkelgang, zijwaartse kanteling van het hoofd en eenzijdige gezichtsverlamming). Bevestiging van deze klinische diagnose kan door het organisme te isoleren vanuit hersenvocht. Aangezien deze staalname invasief is met een lage gevoeligheid en daarnaast ook de nodige risico’s met zich meebrengt, wordt in de overgrote meerderheid van de gevallen dit niet toegepast op het levende dier. Bij gestorven dieren kan de kiem worden geïsoleerd uit de hersenstam of uit het voorste deel van het ruggenmerg.

Daarnaast is ook histologie belangrijk, waarbij men microscopisch de hersenstam gaat beoordelen, op zoek naar kleine abcessen. In het geval van abortus kunnen de geaborteerd foetus of de vruchtvliezen onderzocht worden op de aanwezigheid van de kiem en letsels, of kan het moederdier getest worden door middel van bloedafname.

Behandeling

Indien beschimmeld hooi of kuilvoeder de vermoedelijke oorzaak is van de infectie, dient uiteraard dit voeder zo snel mogelijk te worden weggenomen. De incubatietijd, dus de tijd tussen infectie en het effectief vertonen van klinische tekenen, kan variëren van enkele dagen tot 6 weken. Ook na het wegnemen van de infectiebron kunnen dus nieuwe aangetaste dieren verschijnen.

Een vroegtijdige agressieve behandeling met antibiotica kan dieren lijdend aan hersenontsteking volledig genezen. In overleg met de dierenarts kunnen hoge dosissen penicilline meermaals per dag helpen, waarbij het belangrijk is om deze behandeling ook voldoende lang uit te voeren voor volledig herstel. Ook pijnstillende en ontstekingsremmende medicatie en vitaminen en mineralen kunnen het dier verder ondersteunen. Vaak kunnen de getroffen dieren niet meer zelfstandig eten en/of drinken, waarbij ook ondersteuning dient geboden te worden.

Spontaan herstel zonder behandeling is beschreven bij schapen en geiten, maar is desondanks zeer zeldzaam en niet aangeraden. Dieren die niet meer recht geraken, die comateus zijn of stuiptrekken vertonen, hebben een zeer gereserveerde prognose.

Antibacteriële therapie voor door Listeria veroorzaakte abortussen is over het algemeen niet nodig, aangezien de dieren na de abortus volledig herstellen. Deze dieren kunnen echter chronische dragers worden en de kiem blijven uitscheiden, waardoor ze eventueel een risico vormen voor de rest van de kudde.

Preventie

Hoewel listeriose een dodelijke infectieziekte is bij schapen en geiten, is de kans op infectie met deze kiem duidelijk te verkleinen door het voeren van bedorven voeder te vermijden. Ruwvoeder waarbij schimmel of andere afwijkingen waargenomen worden dienen absoluut vermeden te worden als voeder.

Aangezien dieren voornamelijk klinische tekenen ontwikkelen wanneer er andere stressfactoren bij betrokken zijn, dienen ook deze behandeld te worden. Parasitaire ziekten komen bij kleine herkauwers vaak voor en kunnen een weerstandverlagend effect hebben. Een sluitend ontwormingsmanagement wordt daardoor dan ook ten stelligste aangeraden. Ook een slechte voedingstoestand, transport en slechte of sterk bevuilde huisvesting kan men het best zoveel mogelijk trachten te voorkomen.

Door de alom aanwezigheid van het pathogeen is volledige eradicatie onmogelijk. Daarom dient er zoveel mogelijk te worden ingezet op het verminderen van de infectiedruk. Het verwijderen van organisch materiaal en het desinfecteren van zowel stallen als voedingsplaatsen is hierbij essentieel. Wanneer een dier klinische tekenen vertoont, wordt deze het best afgezonderd van de kudde. Dit laat een behandeling toe en zorgt ervoor dat de aangetaste dieren niet worden lastiggevallen door kuddegenoten. Het dier kan ook Listeria uitscheiden, waardoor ook deze transmissie naar andere gezonde dieren vermeden wordt. Ook aangekochte dieren zijn potentiële uitscheiders en worden het best eerst in quarantaine geplaatst.

Zoönose

Listeriose is een zoönose, wat betekent dat de ziekte overgedragen kan worden van schapen en geiten naar de mens. Een besmetting treedt vooral op door het eten van besmet voedsel, zoals kazen gemaakt van ongepasteuriseerde melk, aangezien de kiem wordt uitgescheiden in de melk bij infectie van het dier. Ook besmette vleesproducten kunnen een infectiebron zijn.

Bij gezonde mensen verloopt een besmetting in het algemeen zonder klinische tekenen ofwel met slechts milde griepsymptomen (koorts, spierpijn, misselijkheid). Wanneer de weerstand verlaagd is, zoals bij jonge kinderen, ouderen, zwangere vrouwen of mensen lijdend aan andere weerstand verlagende aandoeningen, kan echter wel ernstige ziekte optreden. De kiem kan resulteren in abortus, hersenvliesontsteking of bloedvergiftiging en, in de meest ernstige gevallen, kan een besmetting zelfs leiden tot sterfte.

Laurens Chantillon (UGent)

Actueel

Geïntegreerde ziektebestrijding in wintergranen

Granen De Vlaamse overheid organiseerde, in samenwerking met het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) en lokale verenigingen, naar het einde van de winter toe enkele graanavonden. Daarin werd een overzicht gegeven van de proefervaringen bij geïntegreerde ziektebestrijding in wintergranen in het vorige teeltseizoen.
Voir plus d'articles
Meest gelezen