Startpagina Archief

‘Alles staat of valt met een goede, eerlijke prijs’

Het Europees Landbouwbeleid staat andermaal in de steigers. Het zou groener moeten worden, meer divers per land, efficiënter en minder bureaucratisch, en duidelijk ook wat minder verweven met de maalstroom van de globalisering. Het Europees Parlement nam daartoe op 23 oktober laatstleden drie verordeningen aan met ruime meerderheid. We spraken daarover met het enige Vlaamse Europarlementslid in de parlementaire commissie van Landbouw, Hilde Vautmans.

Leestijd : 6 min

Het was een wat vreemd spektakel, die week van 19 oktober in het Europees Parlement. Officieel was het, vanwege corona, louter een ‘online-zitting’. Dat belette niet dat 85 parlementsleden vanuit alle hoeken van Europa hun zeg wilden hebben in het debat op 20 oktober over de hervorming van het landbouwbeleid.

Maar finaal keurde het Europees Parlement wel de drie verordeningen (op de Strategische Planning, op de Organisatie van de Gemeenschappelijke Markt, en op de Financiering, het Beheer en de Controle van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid) goed met ruime meerderheden van 425 tot 463 van de 705 stemmen goed. Dat was met de steun drie grootste fracties (christendemocraten, socialisten en liberalen), soms versterkt met wat parlementsleden van de kleinere Conservatieve groep. Voor de Groenen ging het niet ver genoeg inzake milieu, iets waarvoor ze de steun kregen van sommige socialisten, onder meer de Belgen Kathleen Van Brempt en Marc Tarabella.

Hilde Vautmans, Europarlemenslid voor Open VLD en dus de liberale fractie Renew Europe, stemde wel voor de voorstellen. ‘Of dit nu het perfecte nieuwe gemeenschappelijk landbouwbeleid is?’, gaat ze van start. ‘Neen. Maar je maakt een compromis. Vooral moet je in het oog houden dat de bestaanszekerheid van de boeren gewaarborgd blijft, en misschien nog het meest dat jonge boeren in de stiel willen stappen. Aan het tempo waarop de landbouwbedrijven ermee ophouden in de hele Unie moeten we ons de vraag stellen wie er straks ons voedsel gaat bezorgen. Of willen we dat allemaal enkel nog importeren uit andere continenten?

Hervormingen waren wel noodzakelijk, om het landbouwbeleid voor de komende zes jaar groener en duurzamer te maken. De hervorming die nu op tafel ligt, is goed voor de landbouw, voor de consument en voor het milieu. Daarom stemde ik voor. Het heeft geen zin onze boeren helemaal dood te knijpen door hen veel te hoge milieumaatregelen op te leggen, die niet haalbaar zijn.’

Wat mij opviel in het debat is dat velen beaamden wat ook Europees Commissaris Wojciechowski zei: ecologische schema’s zijn goed voor de versterking van kleine bedrijven. Ziet u dat ook zo?

‘Ja, vanzelfsprekend, want het is een stokpaardje van onze fractie Renew Europe. Waarom? Omdat wij het als liberalen erg belangrijk vinden dat milieumaatregelen op maat van de bedrijven zijn en dat de boeren zelf kunnen bepalen welke milieumaatregelen zij nemen, op voorwaarde dat zij de vooropgestelde doelen behalen.

Want zeg nu zelf: je kan een Spaanse sinaasappelboer toch niet dezelfde maatregelen opleggen als een Ierse veehouder of Belgische aspergeteler? Zij hebben elk hun eigen mogelijkheden qua middelen, grond, investeringen, etc. Je kan een Belgische boer moeilijk opleggen om meer grond aan te kopen om zijn vee beter op te spreiden aangezien grond hier erg schaars is. Zoiets is gemakkelijker in landen met veel ruimte en weiden, zoals bijvoorbeeld Zweden of Roemenië. Ook per sector verschillen de uitdagingen. Een veeteelthouder zal zich eerder moeten focussen op uitstoot, een fruitteler moet dan weer voornamelijk kijken naar methodes om minder afhankelijk te zijn van pesticiden.

We willen de nadruk leggen op het effect van maatregelen, eerder dan op het punctueel naleven van de regels. De Europese Rekenkamer heeft aangetoond dat het huidige systeem niet werkt: Brussel legt doelstellingen op, als je die naleeft (‘compliance’) word je aangevinkt als ‘goed voor subsidie’. Maar we checken te weinig of die maatregelen effectief positieve resultaten hebben voor het milieu. Voortaan zullen de middelen uit de eco-regelingen pas bij de boer terechtkomen, als die effectief kan aantonen dat de inspanningen iets opleveren voor het milieu.

En het worden vrijwillige maatregelen. Wens je als boer niet mee te doen aan die eco-regelingen? Dan hoeft dat niet en krijg je nog steeds een basisbetaling tegen bepaalde randvoorwaarden. Maar wil je meer doen, dan krijg je bovenop die basisbetaling extra steun. We willen de wortel hanteren in plaats van de stok. Door gericht te werken en op maat zullen de eco-regelingen kleine bedrijven stimuleren. Ik hoop vooral dat Vlaanderen voldoende eco-regelingen voorziet zodat er voor iedere boer iets tussen zit.’

Er leek ook een spanning te zitten tussen mensen die het heel goed vinden dat de nationale actieplannen ruimte krijgen om flexibel in te vullen wat het Europees beleid zal zijn, en anderen die waarschuwden dat je de ene landbouwruimte en dus de gelijke mededingingsvoorwaarden niet mag ondermijnen? Waar situeert u zich?

‘In het eerste kamp, voor meer flexibiliteit. Het is de enige manier om dit landbouwbeleid efficiënter te maken. Dit is geenszins een her-nationalisering. Lidstaten stellen strategische plannen op en krijgen meer verantwoordelijkheden. Het nieuwe, meer prestatiegericht systeem vereist meer flexibiliteit en die wordt toevertrouwd aan de lidstaten. Maar Europa zal nog altijd de doelstellingen bepalen, de strategische plannen goedkeuren, indicatoren opstellen en toezien op de naleving.’

Mij viel ook de ondertoon op, zelfs bij de meest conservatieve sprekers, inbegrepen de Europese Commissaris, dat landbouw niet marktgericht kan zijn, Iedereen gaf ook toe dat strengere ecologische normen ook betekent dat we de producten van buiten de EU die daar niet aan beantwoorden gewoon buiten houden.

‘Waarom heeft de sector een correctie van de overheid nodig? Vanwege de lage prijzen. Het is schandalig wat onze boeren nu nog maar voor hun producten krijgen. Als liberaal ben ik niet voor meer subsidies of al te veel marktingrijpen. Maar alles valt of staat met een goede, eerlijke prijs. Krijgen onze boeren die, dan hebben ze die subsidies en marktingrijpen niet nodig. Geloof me als ik zeg dat ook boeren er zo over denken.

Als liberaal ben ik voor vrijhandel en goede handelsakkoorden. Maar die mogen geen afbreuk doen aan de kwaliteit van het voedsel dat onze markt binnenkomt. In Europa zorgen onze boeren dagelijks voor producten van topkwaliteit. Als ingevoerde producten niet aan dezelfde hoge eisen voldoen, dan betekent dit een oneerlijke strijd voor onze boeren.’

Er zijn door het Parlement ook amendementen aangenomen dat 10% van de grond behouden moet blijven voor bomen, hagen, vijvers, etc. Hoe ziet U dat toepasbaar in Vlaanderen bijvoorbeeld?

‘De maatregel moet wel nog door de onderhandelingen met de Raad en de Commissie geraken. Ik kan niet ontkennen dat dit een moeilijke is, zeker in België waar grond schaars is. Tien procent is niet min, dat besef ik, maar deze maatregelen mogen niet alleen maar als een last gezien worden. Door het aanleggen van hagen, bomen, bloemenstroken, etc draagt een landbouwer bij tot het behoud van de biodiversiteit en gezondheid van de bodem, waar ze zelf ook dus profijt uit halen. Er zijn toch wel wat mogelijkheden hiermee. Denk aan de hagen en houtkanten als windschermen zijn voor gewassen of vee, een natuurlijke plaagbeheersing (als kweekplaats voor natuurlijke plaagbestrijders) opleveren, of een vermindering van het erosierisico. Denk ook aan bomen die de bodemvruchtbaarheid verbeteren en een gezonde waterhuishouding waarborgen.

Tot slot: U hebt recent een een boek geschreven over Boerentrots. Waarom?

‘Het landbouwbeleid is een bijzonder technisch gegeven, door Europa bepaald, maar vaak door de lidstaat - bij ons is dat de regio Vlaanderen – wordt uitgevoerd en uitbetaald. Je moet er je weg in vinden. ‘Boerentrots’ heeft de bedoeling om landbouw dichter bij de mensen te brengen en die verstaanbaar te maken. Zeker nu, tijdens de coronacrisis, vinden Vlamingen massaal de weg terug naar lokale producten. ‘Koop lokaal’ is het nieuwe normaal, en dat zien we ook in de cijfers. Maar liefst 1 op de 5 Vlamingen hebben de voorbije maanden vaker lokale producten gekocht.

Daarom breng ik negen straffe en oprechte verhalen van onze fantastische boeren in Vlaanderen. Allemaal vertellen ze verhalen over vallen en opstaan, de liefde voor de sector en het vakmanschap achter hun producten. Over hun doorzettingsvermogen, visie en veerkracht. Of hoe ze zichzelf telkens moeten heruitvinden en ondertussen uitgegroeid zijn tot moderne ondernemers van de beste soort.

Het boek werd op 9 oktober voorgesteld en we zitten ondertussen al in tweede druk. Ik heb al ongelofelijk veel reacties gehad. Ik hoop dat iedereen door het lezen van Boerentrots de onschatbare waarde van onze boeren beseft en trotser op hen is, maar vooral dat iedereen meer lokaal gaat kopen en koken. Want onze boeren hebben dat echt nodig.’

De drie wetteksten gaan nu naar de finale onderhandelingsronde van het parlement (vertegenwoordigd door een delegatie van de Landbouwcommissie) met de Raad van Landbouwministers (met een vertegenwoordiging van de lidstaten, aangevoerd door de Duitsers als voorzitter van de EU deze zes maanden), en de Europese Commissaris, de Pool Janusz Wojciechowski. Het compromis dat die drie instanties over enkele weken - waarschijnlijk begin 2021 - sluiten wordt dan in een eindstemming opnieuw aan het Parlement voorgelegd, zonder mogelijkheid tot wijzigen nog. De teksten worden begin 2023 van kracht.

Actueel

Geïntegreerde ziektebestrijding in wintergranen

Granen De Vlaamse overheid organiseerde, in samenwerking met het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) en lokale verenigingen, naar het einde van de winter toe enkele graanavonden. Daarin werd een overzicht gegeven van de proefervaringen bij geïntegreerde ziektebestrijding in wintergranen in het vorige teeltseizoen.
Voir plus d'articles
Meest gelezen