Weinig druk van koolzaadglans- en snuitkevers in winterkoolzaad
Op wekelijkse basis telt Praktijkpunt Landbouw op 7 percelen verspreid over de provincie Vlaams-Brabant de keveraantallen in het voorjaar. Op sommige percelen bloeit het koolzaad al, daar lokt het stuifmeel de hongerige koolzaadglanskevers en -snuitkevers naartoe. De zeer beperkte piek in druk lijkt daarmee voorbij.
De vroege warme dagtemperaturen dit voorjaar hebben het koolzaad een vroege groeispurt gegeven, waardoor sommige percelen met vroege rassen al in bloei komen te staan. De koude nachten, met af en toe nog temperaturen rond het vriespunt, lijken de ontwikkeling van de kevers in het koolzaad te hebben geremd. Daarnaast heeft de aanhoudende – bij momenten schrale – wind ervoor gezorgd dat het aantal kevervluchten verder is teruggevallen.
De meest vergevorde percelen bevinden zich in de stadia BBCH 65-67, met een bloeipercentage van meer dan de helft. Het contrast met de minst vergevordere percelen is groot. Die bevinden zich in stadia 57-59, waarbij de bloemknoppen uiteen komen te staan voor de bloei.
Druk op het perceel: vangkommen
De glanskeveraantallen in de vangkommen zijn sinds vorige week op 2 van de 7 plaatsen gedaald. Op 5 van de 7 plaatsen zijn de aantallen opnieuw gestegen naar hetzelfde niveau van 2 weken geleden. Het aantal snuitkevers is quasi gelijk gebleven. De druk is nog steeds vrij beperkt en is zeer afhankelijk van de ligging van het perceel.
Bossen, bomen en hagen zijn typisch een bron van kevers. De stijging in de vangkommen baart geen zorgen aangezien we op dit moment zo dicht bij de bloei zitten, als dat het geval nog niet is.
Kevers op de planten
Op percelen waar het koolzaad in bloei staat, observeren we een scherpe daling in het aantal kevers op de planten. De piek van vorige week lijkt voorbij nu de kevers worden aangetrokken tot de geopende bloemknoppen. Enkel in Asse, waar de bloemen nog niet geopend zijn en er ook geen vroeg ras staat, stijgt de druk lichtjes. De schade op de planten is enkel in Herent licht toegenomen. Op de plaatsen waar vorige week een toename was in schade is er deze week geen bijkomende schade vastgesteld.
Het is duidelijk dat dit een seizoen is met zeer weinig druk van koolzaadglans- en snuitkevers. De schadedrempel is op geen enkele plaats in zicht geweest. Behandelen is onder deze omstandigheden zinloos. Met temperaturen die de komende dagen nog aan de hoge kant blijven zullen de laatste percelen tegen volledige week wellicht voldoende in bloei staan. De kans is groot dat volgende week de laatste waarnemingsweek zal worden. Daarmee zal het risico op keverschade geweken zijn. Geen van de waarnemingspercelen is daarom behandeld moeten worden.
Het blijft gebruikelijk om bij toepassing van de groeiverkorter waar je legering vreest ook standaard een insecticide aan je tank toe te voegen. Onze tellingen dit en vorig jaar tonen aan dat dat in jaren van zeer lage druk volledig overbodig kan zijn. Je kunt net een deel van je opbrengst verliezen door het raken van de (natuurlijke) bestuivers die voor kruisbestuiving zorgen op het koolzaad.
