156 varkenshouders gingen in op eerste oproep uitkoopregeling
Op de eerste oproep in het kader van de vrijwillige uitkoopregeling zijn 156 varkenshouders ingegaan. Dat blijkt uit cijfers van Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns (cd&v) op vraag van Vlaams volksvertegenwoordiger Andy Pieters (N-VA).

De vorige Vlaamse regering formuleerde de ambitie om de varkensstapel met 30% te verkleinen tegen 2030 en zo de uitstoot van ammoniak te reduceren. Dat voornemen maakte deel uit van de gemaakte stikstofafspraken. Om die ambitie waar te maken, werd een vrijwillige stopzettingsregeling voor varkensbedrijven uitgewerkt, de zogenaamde ‘uitkoopregeling’.
De eerste oproep werd in 2023 gelanceerd, gericht op de varkensbedrijven met een impactscore van meer dan 0,5%. Die score meet de bijdrage van een landbouwbedrijf aan de stikstofneerslag op een natuurgebied.
Meeste stoppers in West-Vlaanderen
Uiteindelijk dienden 236 landbouwbedrijven een aanvraag in, waarvan 66% onder hen inging op het aanbod van de overheid. Zij kregen samen een bedrag van 21,87 miljoen euro uitbetaald. De meeste varkenshouders stopten in West-Vlaanderen, maar het grootste aandeel van het budget ging naar Antwerpen, wat erop wijst dat het daar om grotere exploitaties met meer dieren ging.
Tweede oproep
Intussen werd ook een tweede oproep gelanceerd, voor varkensbedrijven met een impactscore hoger dan 0,025%. Cijfers daarvoor zijn er nog niet, omdat landbouwers een jaar de tijd hebben om op het aanbod in te gaan.
Flankerend beleid voor piekbelasters
Er werd ook een flankerend beleid opgezet voor de piekbelasters, de zogenaamde ‘rode bedrijven’. Daarvoor dienden 39 bedrijven een aanvraag in. 26 onder hen hebben het aanbod aanvaard. 22 bedrijven hebben de volledige veeteelttak op de huidige locatie stopgezet en 2 bedrijven hebben de veeteelttak deels stopgezet.