Zomerreeks: ‘Poesteren’ op de glamping van den Overdraght
Wie de onverharde weg naar boerderij den Overdraght in Poperinge oprijdt, wordt verwelkomd door bordjes in het West-Vlaams. De goede verstaander weet meteen dat je hier terechtkomt op een gezellige plek waar tot rust komen bijna vanzelf gaat. Ann en Filip combineren hun melkvee en schapen al 9 jaar met het verhuren van tenthuisjes en dat zouden ze niet meer anders willen.

Den Overdraght was origineel een gesloten varkensbedrijf met melkveehouderij. Filip Lowagie (54) nam het in 1995 over van zijn ouders en begon er samen met zijn vrouw Ann Decrock (50) te boeren. Al snel begon het koppel de mogelijkheden van verbreding af te tasten. Zo komt het dat er een kleine kudde sierschapen en zo’n 20 vleesschapen op de weides op en rond het bedrijf grazen. In 2013 besloten Filip en Ann om hun zeugentak af te stoten vanwege de strengere wetgeving rond groepshuisvesting. Investeren in een nieuwe zeugenstal leek het koppel toen geen haalbare kaart, maar de vleesvarkens werden wel behouden.
Back to basics
Het koppel kwam in 2015 na een tijdje rondkijken terecht bij de Nederlandse organisatie Boerenbed. En zo werd Ann niet alleen boerin, maar ook gastvrouw. “We ontvangen hier jaarlijks zo’n 400 à 500 personen. De 5 tenthuisjes zijn voorzien van comfortabele bedden, een houtvuur om op te koken en een warme douche en sanitair. Elektriciteit is er niet. Op dat vlak is het dus echt even back to basics.”
Het publiek dat hier komt overnachten is heel divers. “Van teambuildings tot vriendengroepen, gezinnen… ze komen hier allemaal. We hebben ook best veel Nederlandse gasten. Voor hen zijn de West-Vlaamse borden wat moeilijker te begrijpen”, lacht Ann. “Ik leg hun vaak uit dat Filip en ik gaan poesteren, dat is West-Vlaams voor het verzorgen van de dieren.”
Jerseymelk voor ijsjes
Wie logeert bij den Overdraght komt terecht in een weide langs de melkveestal, met een prachtig zicht op de schapen en op de 2 varkens die het gras tussen de glampingtenten kort houden. De stal is niet meer gevuld met Holsteins, maar wel met prachtig bruine Jersey-koeien. “We maakten die overstap omdat dit ras minder mest produceert en een minder intensief voederschema vraagt. De melkproductie ligt lager dan vroeger, maar daar krijg je wel een rijkere A2A2-melk voor in de plaats. Het is mijn droom om met onze melk ijs te laten maken en om dit mee met ons lamsvlees te verkopen in het hoevewinkeltje.”
Het boerenleven ontdekken
Bezoekers krijgen de dag na het inchecken een rondleiding op het landbouwbedrijf. Ann heeft dan ook al heel wat vragen beantwoord. “Waarom de kalfjes kunstmelk krijgen, of waarom de koeien niet met de hand gemolken worden bijvoorbeeld”, zegt Ann. “Maar we krijgen ook vaak bewondering, omdat mensen ons van ’s ochtends tot ’s avonds zien werken. Ik leg hun dan uit dat we inderdaad lange dagen maken, maar wel op een rustiger ritme dan wie van 9 tot 5 continu moet presteren op kantoor. In de oogstperiode is het alle hens aan dek, maar dat hou je geen 365 dagen per jaar vol.”
Verhalen aan de afwas
Het contact met bezoekers is verrijkend, vindt Ann. “Zo leer je mensen uit diverse achtergronden kennen. Je hebt een goed gesprek met iemand die vegetarisch eet, met een werknemer bij Ineos, of met een Arabisch koppel. Ze hebben elk hun verhaal.”
’s Avonds bij de gasten gaan zitten, doen Ann en Filip niet meer zo vaak. “Vroeger deden we dat wel, maar na een avondje doorzakken is het ’s ochtends pittig om op te staan”, lacht ze. “Als de gasten dat willen, doen we wel een gezamenlijke pizza-avond. Samen aan de afwas komen de beste verhalen los.”