Extra aandacht voor bladluizen in jonge bietenvelden
Het Bieteninstituut KBIVB waarschuwt dat er een groot verschil in ontwikkeling van de suikerbietenvelden zit. Dat maakt ook dat het voorkomen van bladluizen en de schadedrempels variabel zijn naargelang het ontwikkelingsstadium van de bieten.
Hoewel een groot aantal percelen al bij rijensluiting liggen, zijn sommige percelen, vooral in Henegouwen en het Noorden van Limburg en Antwerpen, ongeveer 10 dagen geleden ingezaaid. Ze bevinden zich nog in het kiemlob- tot 2-bladstadium
In de laatst gezaaide velden worden soms bietekevers in de hartbladeren gevonden. Weinig bladluizen worden waargenomen, maar de situaties blijven zeer variabel van het ene perceel tot het andere. Extra aandacht is dus vereist bij bieten in het 2 tot 6 -bladstadium, aangezien dit het stadium is waarin de biet het meest kwetsbaar is.
Het KBIVB blijft aandringen om waarnemingen uit te voeren tot het sluiten van de tussenrij en als de laatste behandeling meer dan 15 dagen geleden was. Als de drempel van 2 ongevleugelde groene bladluizen per 10 planten wordt bereikt, wordt een insecticidebehandeling aanbevolen.
De mogelijke behandelingen zijn: Teppeki bij 0,140 kg/ha, Movento bij 0,45 l/ha. Vanaf het vroege stadium van het sluiten van de tussenrij is ook een behandeling met Gazelle bij 0,25 kg/ha mogelijk.
