Startpagina Stikstof

Advocaat Keuleneer: “Zolang we landbouw zien als noodzakelijk kwaad zal de rechtszekerheid niet verbeteren”

Hij heeft meer dan 40 jaar ervaring als jurist op de teller, maar ook de opiniemaker in Fernand Keuleneer houdt graag een betoog, namelijk voor een klimaat waarin landbouw in ere wordt hersteld en waarin langetermijninvesteringen weer mogelijk worden. “Maar landbouw wordt nu gezien als iets schadelijks dat je tot een minimum moet beperken. Zo geraken we natuurlijk niet vooruit.”

Leestijd : 6 min

Wanneer we hem vragen naar zijn link met landbouw, antwoordt Fernand Keuleneer dat hij in Brussel woont en zelfs geen tuin heeft. Met zijn roots in de Antwerpse Kempen – niet ver van het Turnhouts Vennengebied – en als raadsman van de Abdij van Averbode, die in het oog van de stikstofstorm kwam te liggen, is zijn interesse in de land- en tuinbouwsector echter snel gewekt. We zochten hem op voor een gesprek over rechtszekerheid in onzekere tijden.

Rechtszekerheid vergt bekende regels

Wat betekent rechtszekerheid vandaag de dag?

Wat betekent het voor u?

Erop kunnen rekenen dat de investeringen die je doet op langere termijn relevant blijven?

Dan ga je al een stapje verder. Om van rechtszekerheid te kunnen spreken, moeten de regels bekend zijn, moeten ze voorspelbaar zijn en moet je erop kunnen rekenen dat gemaakte afspraken blijven gelden. Dat wil niet zeggen dat regels niet kunnen veranderen, want dat is perfect mogelijk. Maar je voelt waar het schoentje wringt: vandaag de dag zijn de regels vaak onduidelijk, onvoorspelbaar en wordt er teruggekomen op gemaakte afspraken en verleende vergunningen. Dat is in tal van domeinen zo, maar zeker in de landbouw.

Hoe werkt ons systeem die rechtsonzekerheid in de hand?

Ik wijt dat aan het feit dat er een macropolitieke visie ontstaan is waarin landbouw nog wel wordt getolereerd, maar niet veel meer dan dat. Het wordt gezien als iets schadelijks dat het liefst zo klein mogelijk wordt gemaakt. Je moet er tot op bepaalde hoogte mee leren leven. De missie lijkt te zijn om de sector te verkleinen tot net boven het punt waarop we te sterk afhankelijk zouden worden van het buitenland voor onze voedselvoorziening. ‘Hogere’ waarden, zoals natuur, wonen, klimaat…, worden boven landbouw gezet. Zolang die visie niet verandert, zie ik de rechtszekerheid voor de sector niet verbeteren.

“Ik zie een merkwaardige alliantie tussen het groene gedachtengoed en big businessindustrie ontstaan”,  stelt Fernand Keuleneer.
“Ik zie een merkwaardige alliantie tussen het groene gedachtengoed en big businessindustrie ontstaan”, stelt Fernand Keuleneer. - Foto: FK

Impact van Europa

In hoeverre speelt het Europese niveau hierin een rol?

De wetten die op Europees niveau zijn gevormd, zijn in het verleden altijd zonder veel kritiek aanvaard, zonder de gevolgen ervan goed te beseffen. De macht die Europa heeft, is op bepaalde vlakken ook heel positief, maar de impact op landbouw in Vlaanderen is vandaag veeleer negatief. We hadden in 1992 de Habitatrichtlijn, die nu, zij het ten gevolge van eigen Vlaamse beleidskeuzes, aanleiding geeft tot de stikstofproblemen, maar met de natuurherstelwet staat er opnieuw zo’n wet in de Europese steigers. Je moet weten dat Europa heeft bepaald, en wij aanvaard hebben, dat haar wetten altijd superieur zijn aan die van de lidstaten. Daar komen dan nog eens de grondrechten bovenop die aan het topje van de piramide komen te staan. Omdat Europese wetgeving vaak erg vaag is, moet ze door lidstaten worden ingevuld en vormgegeven. Europese wetgeving is dus heel vaak de driver van veranderingen in rechtszekerheid.

Hoeveel betekent een vergunning die je van je provincie of gemeente hebt gekregen dan nog?

Ze is niet in steen gebeiteld, want als de regelgeving op Europees, en dus ook op federaal of Vlaams niveau verandert, kan je vergunning hier in bepaalde gevallen mee in strijd zijn. Dat is zo voor lopende vergunningen en zéker voor nieuwe aanvragen die gebeuren. Probeer in zo’n snel veranderend klimaat maar eens op lange termijn te investeren. Banken nemen ook liever het zekere voor het onzekere, en dat is begrijpelijk, maar deze hele manier van werken kadert in de visie dat de landbouw gerust heel wat mag inkrimpen.

Denkt u echt dat dit een bewuste beleidskeuze is?

Als landbouwers stoppen, wie wint daar dan bij? Tot op zekere hoogte de natuurvrienden, want er komt meer ruimte voor natuur. Ik ga trouwens niet mee in de karikatuur die er van hen gemaakt wordt. In de eerste plaats winnen echter de grote spelers uit vastgoed, voeding en andere industrieën, want zij hebben grond nodig om hun CO2-emissies te compenseren. Koolstoflandbouw is vandaag enorm ‘hot’, maar tegelijk worden landbouwers weggepest en worden gronden verkocht.

Er zijn de dag van vandaag toch ook heel wat initiatieven waarbij landbouwers vergoed worden voor hun inspanningen rond koolstofopslag door samenwerkingen met industrie?

Ik ga niet zeggen dat er geen mooie samenwerkingen mogelijk zijn waarbij de grond zowel dienstdoet voor voedselproductie als voor koolstofopslag. Als de landbouwer dankzij certificaten een meerprijs kan krijgen voor zijn inspanningen, is dat een goede zaak. Ik kan me echter niet van de indruk ontdoen dat vrijgekomen gronden enorm handig zijn voor grote bedrijven die hun CO2-uitstoot moeten compenseren. Ik zie een merkwaardige alliantie tussen het groene gedachtegoed en big businessindustrie ontstaan.

Onzekerheid blijft troef

Hoe wordt u vanuit uw functie als advocaat vooral geconfronteerd met die afgenomen rechtszekerheid?

Dat is toch vooral vanuit het stikstofdecreet. Het is en blijft een wetgevend monstertje dat niets oplost, integendeel. Ik begrijp niet dat dit door bepaalde partijen gesteund is geweest. Stikstof staat echter niet alleen, ook de nationale parken, de natuurherstelwet… dragen bij aan de onzekerheid. De landbouwprotesten hebben ervoor gezorgd dat de natuurherstelwet even op de reservebank zit, maar ik zie dit na de verkiezingen zeker weer bovenkomen. Het past nu eenmaal in de heersende filosofie. En dan hou ik mijn hart vast, want na 2030 gaat het niet meer enkel om natuurherstel in afgebakende Natura 2000-gebieden. Dan is geen enkele landbouwer of industrieel nog zeker van zijn vergunningen.

Heeft het nieuwe stikstofdecreet dan niets bijgedragen aan rechtszekerheid voor landbouw?

Dit decreet was zogezegd nodig om een vergunningenstop te vermijden, maar ik stel vast dat er niets veranderd is. Voorheen werden er vergunningen verleend en geweigerd en dat is vandaag nog steeds zo. Landbouw zit opgescheept met die impactscore van 0,025%, maar de 1% die de industrie kreeg, is niet zoveel beter. Quasi elke vergunningsaanvraag moet nu samengaan met een passende beoordeling, en het is nog maar de vraag hoe de rechtspraak daarmee zal omgaan. Het is in elk geval niet zo dat dit stikstofdecreet ervoor heeft gezorgd dat er opnieuw veel ruimte voor ondernemen is gekomen. Boerenbond wil naar het Grondwettelijk Hof stappen en ik schat de kans dat die het decreet zal vernietigen hoog in.

Laat modellen links liggen

Een van de task forces onderzoekt de mogelijkheid om over te stappen van een depositie- naar een emissiemodel. Mogen we daar veel van verwachten?

Het probleem is dat de wetgeving nog steeds refereert naar de impact op Natura 2000-gebieden – en in de toekomst waarschijnlijk nog op andere gebieden– dus depositie blijft de basis. Stap je over naar een emissiemodel, dan moet je de hele Europese wetgeving gaan veranderen. Een emissiemodel creëert wel veel mogelijkheden voor de handel in certificaten, wat niet echt de hoofdbezigheid van een gemiddelde landbouwer is… Je kan echter niet zomaar afstappen van het in rekening brengen van de effecten en dus van depositie op natuurgebied, want dit zit zo verankerd.

Waarin ziet u oplossingen?

Als men nu al eens zou beginnen met modellen links te laten liggen en echt uitstoot en depositie te meten, dan zouden we een grote stap voorwaarts zetten. Daarnaast heeft de impactscore die vandaag op basis van een model wordt berekend niet eens betrekking op een volledig natuurgebied, maar op elke deeloppervlakte van minstens 20 m op 20 m. Werk met een impactscore die geldt voor het hele gebied en dan zal die impact veel lager zijn. En ten derde verwacht ik toch ook nog vooruitgang in het verankeren van nieuwe technieken en innovaties die uitstoot reduceren. Er ligt nog veel werk op de plank voor het WeComV.

Hoe gaan andere lidstaten om met die Europese wetgeving? Verloopt de vertaling ervan overal zo moeilijk?

Je hebt in Vlaanderen zeker het element dat we hier met een beperkte ruimte zitten die voor veel functies moet dienen. Er is echter ook een groot verschil in de manier waarop elke lidstaat naar het Europees recht kijkt. Het is niet omdat Europa stelt dat haar wetten boven de nationale regels staan, dat het juridisch systeem in elk land dat ook zo strikt neemt. Als ik naar Duitsland of Frankrijk kijk, zie je dat rechters het veel minder nauw nemen met die Europese voorrang. In Vlaanderen hebben we daarin intussen zo’n lange traditie opgebouwd dat je hieraan vasthangt. We mogen dus zeker niet alles op Europa afschuiven. In Vlaanderen zijn we perfect autonoom om stommiteiten te begaan.

Nele Kempeneers (Pennenvrucht)

Lees ook in Stikstof

Meer artikelen bekijken