Land- en tuinbouwers zijn niet alleen dagelijks bezig met de productie die zorgt voor rechtstreekse inkomsten. Ze doen ook investeringen die niet zozeer zorgen voor rechtstreekse opbrengsten of inkomsten en dus niet kunnen worden doorgerekend, maar die wel een positieve impact hebben op het milieu, de biodiversiteit of het landschap. Het gaat dan om niet-productieve investeringen (NIP’s).
Diverse voorbeelden
Voorbeelden zijn onder meer de landschappelijke ontwikkeling (aanplanten van bomen en heggen), het verhogen van de biodiversiteit en de habitatbescherming (nestkasten, insectenhotels, arenstripper...), een verbeterd waterbeheer (omvorming van gewone naar peilgestuurde drainage of een buffer- en spaarbekken), het verminderen van erosie of het verbeteren van de bodemkwaliteit (plantaardige dammen)...
“We stimuleren landbouwers om nog meer te investeren in het landschap, milieu of biodiversiteit”, stelt Vlaams landbouwminister Hilde Crevits bij de voorstelling van de sterke uitbreiding van de types investeringen en de voorziene steunbedragen. “Denk maar aan de aanplant van bomen of hagen of de aanleg van poelen en waterbekkens. Ook bijenhotels, nestkasten of wildredders worden meegenomen in de lijst van niet-productieve investeringen. Aanvullen wordt ook een vergoeding voorzien voor het wolfwerend maken van bestaande omheiningen bij professionele veehouders”, zegt minister Crevits.
Demonstratieprojecten
In alle provincies starten demonstratieprojecten om boeren te informeren. De praktijkcentra en bijvoorbeeld de Regionale Landschappen werken hieraan mee. Meer info op de website van het departement Landbouw en Visserij, www.lv.vlaanderen.be.