In vergelijking met de andere Europese landen zoals Duitsland, Frankrijk en Polen doet de Belgische aardappelproductie het lang niet slecht, en groeit zelfs sneller. 7,5 % van de Europese productie is van Belgische afkomst, wat België in de top 6 van de aardappelproducenten plaatst. Niet te verwonderen dat aardappelen met 53 % van de productiewaarde het belangrijkste akkerbouwproduct was in Vlaanderen in 2015. Het areaal in Vlaanderen is dan ook groter dan in Wallonië. In ieder geval steeg het totaal aardappelareaal in België ondertussen al tot boven de 80.000 ha.
Ook de verwerkende sector is in opmars en groeit erg sterk. Na Nederland heeft België de grootste aardappelverwerkende sector in Europa. Verwerkte producten zoals chips en frieten lijken zelfs de consumptieaardappel te verdringen. Hoewel de export van de meeste aardappelen en afgeleide producten over de jaren heen ongeveer constant is gebleven, is de export van bevroren frieten over 10 jaar tijd in omvang verdubbeld.
Met onze sterke marktpositie in aardappelen lijkt het dat we een mooie toekomst tegemoet gaan. Guy Vandepoel van Boerenbond legt met behulp van een SWOT-analyse (Strengths-Weaknesses-Opportunities-Threats) uit welke richting de aardappelsector uit moet en hoe de aardappelteler van morgen er dus moet uitzien. Romain Cools van Belgapom gaat mee in die visie.
Strengths of sterktes
Een belangrijke troef in België is de toenemende specialisatiegraad van de bedrijven en de hoge productiviteit. Het Belgische klimaat en bodem maakt hoge opbrengsten mogelijk, maar ook de onderzoeks-centra verschaffen de telers een hoog niveau aan technische kennis. De aanwezigheid en investeringen van goede bewaarplaatsen geven de teler dan weer een buffer om ook later de aardappelen te verhandelen.
Verder kent België sterke afzetstructuren in de aardappelteelt: zo werkt de aardappeltermijnmarkt vlot. De teler kan met contracten het prijsrisico afdekken. Guy Vandepoel merkt ook op dat door de aanwezigheid van performante verwerkende bedrijven met een hoge graad van specialisatie de aardappelsector maximaal marktgericht maakt. Tenslotte zorgen de beschikbaarheid van seizoensarbeid en de fixcale taxatie via barema’s voor een stabiele sector.
Weaknesses of zwaktes
Als zwaktes gaf Guy de kleinschaligheid van de productiebedrijven aan, wat efficiënte mechanisatie in de weg staat, en de versnipperde percelen, wat de uitbating belemmert.
Verder zijn bepaalde delen van Vlaanderen gevoelig voor erosie. Dat de mestwetgeving de aardappelteelt indeelt als een risicoteelt vanwege het nitraatresidu is ook een belangrijke zwakte, volgens Guy. Tenslotte haalt hij de problemen aan rond de erkenning van gewasbeschermingsmiddelen.
Threats of bedreigingen
Hoewel we sterker groeien dan onze concurrenten is het toch best opletten, want Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Polen blijven grote producenten. Daarnaast zijn ‘Brexit’ en ‘Trump’ twee gegevens die een bedreiging zijn voor de exportgerichte sector. Landen over heel de wereld worden hierdoor meer en meer protectionistisch. Romain Cools voorspelt dat productie en verwerking elders in de wereld ook kan toenemen.
Andere bedreigingen zijn de steeds hogere grondprijzen door een verhoogde concurrentie voor grond en de steeds grotere eisen, en dus prijsdruk, vanuit de retail naar de producenten en verwerkers toe. Ook beperkte inzetbaarheid van productiefactoren zoals gewasbescherming en water wordt als bedreiging aanzien.
Ten slotte kunnen volgens Romain onder andere nieuwe ziekten en de klimaatdoelstellingen roet in het eten gooien. Moesten we ons kunnen wapenen tegen extreme weersomstandigheden, die we in 2016 kenden, zou dat ook mooi meegenomen zijn.
Opportunities of kansen