Omdat alle uitfaseringstermijnen voor synthetische koudemiddelen (zie kader bij dit artikel) razendsnel op de sector afkomen zijn Europese akkerbouwbedrijven volop bezig om om te schakelen naar andere systemen. De alternatieven die momenteel voorhanden zijn, zijn systemen met ammoniak, propaan, CO2 of isobutaan. Dit zijn in veel gevallen aantrekkelijke alternatieven en ze worden door de Europese overheid ook financieel gestimuleerd.
"Ammoniak is daarbij het koudemiddel dat eigenlijk nooit is weggeweest en ook het oudste koudemiddel," zegt Marcel Bennink, senior projectleider bij ENGIE Refrigeration uit Emmeloord. "CO2 is momenteel ook een middel dat erg veel gebruikt wordt. Nadeel van propaan is dat het erg ontploffings- en brandgevaarlijk is."


Van Andel Bio had ook voor een ammoniakinstallatie kunnen kiezen. Dan was het akkerbouwbedrijf echter anderhalf keer zo duur uit geweest. Verklaring is onder meer omdat je bij een ammoniakinstallatie geen koper kunt gebruiken. Verder moet je bij een ammoniakinstallatie meer veiligheidsonderdelen inbouwen, wat meer kost. Onder meer moet voorkomen worden dat er ammoniak ontsnapt uit het systeem. Wel is het zo dat de fabrikanten van installaties voor natuurlijke koelmiddelen steeds meer naar de productie van gestandaardiseerde ammoniakinstallaties gaan.
Bennink: "Dus installaties die we niet meer per project hoeven te ontwikkelen. Zodoende zullen deze systemen de komende tijd steeds goedkoper worden. Onze eigen gestandaardiseerde ammoniakinstallaties van ENGIE zullen eind dit jaar klaar zijn en op de markt komen." Waarbij je dan ook nog eens moet bedenken dat ammoniak zo'n vijf euro per kilogram kost en synthetische koudemiddelen gemiddeld zo'n honderd euro per kilogram.
Aan de andere kant is er, voor het drogen van bepaalde akkerbouwgewassen zoals uien, aardappels en bloembollen ook een nieuw duurzaam systeem op de markt, namelijk condensdrogen. Deze installaties zijn puur voor het drogen en geconditioneerd bewaren van gewassen zonder kwaliteitsverlies. Voorheen gebeurde het drogen van uien meestal of op een natuurlijke manier door ze droog te blazen met buitenlucht of, als het nat, vochtig weer bleef, met opgewarmde lucht door middel van propaan gaskachels. Nadeel van het drogen met propaan gaskachels is dat je gaskosten hebt en dat er water vrijkomt bij het verbrandingsproces). Met een condensdroogsysteem kun je duurzaam en tweemaal zo snel drogen, met 80 procent minder energiekosten. Een bijkomend voordeel is dat de uien nagedroogd kunnen worden bij een lagere temperatuur.

Het is hierdoor niet nodig om de uien een lange periode op een hoge temperatuur van 20°C te houden, waardoor de bewaarbaarheid minder wordt. Hoeveel kWh je per jaar nodig hebt bij een condensdroogsysteem is afhankelijk van de hoeveelheid product. Bij een condensdroogsysteem droog je het product zonder dat er buitenlucht en propaangas nodig zijn. Bennink: “De aanpassingen aan het gebouw zijn niet meer dan bij een conventionele koelinstallatie. Een bijkomend voordeel is dat de luiken, waarmee de buitenlucht bij een conventioneel systeem naar binnen en naar buiten wordt gebracht, kunnen komen te vervallen waardoor de bouw zelfs nog goedkoper is en er minder geluidsemissie naar de omgeving is.” Ook andere installaties voor natuurlijke koudemiddelen, zoals CO2 DX installaties, stellen naast wat leidingen door de muren na en het installeren van de benodigde installaties geen extra eisen aan de gebouwen dan installaties met chemische koudemiddelen. Veel extra kosten wat dat betreft, zijn er dus niet.
Volgens Bennink zou je in principe ook een condensdrooginstallatie kunnen installeren in combinatie met een CO2 DX installatie. “Maar dat heeft niet mijn voorkeur, want als je uien dan op 30° Celsius wilt drogen krijg je een hele hoge druk in het systeem. Voor condensdrogen is ammoniak echter het perfecte systeem. Waarbij je met ammoniak nog veel beter kunt sturen qua drogen. Je kunt dan denken aan gewassen als uien en aardappels.”
De installatiespecialist voor natuurlijke koelmiddelen verwacht dat condensdrogen ook een vlucht zal nemen in België. Een van de belangrijkste redenen daarbij is dat je niet afhankelijk bent van het weer. Volgens Bennink is het ene soort systeem niet beter dan het andere, maar moeten akkerbouwers vooral kijken welk systeem het beste past bij het product dat je bewaart.
Van Andel Bio draait nu twee jaar met het CO2 DX systeem en is er zeer tevreden over. Van Andel: “Ik kan al mijn rode bieten nu perfect geconditioneerd bewaren op eenzelfde temperatuur en met een stabiele luchtvochtigheid. Groot voordeel is dat ik in het voorjaar een aantal weken langer door kan leveren.”
De akkerbouwer heeft geen omkijken naar de CO2 DX installatie omdat hij koos voor een onderhoudscontract bij de leverancier ENGIE. De minimale onderhoudsplicht voor installaties met natuurlijke koudemiddelen is op basis van EU-wetgeving één keer per jaar. Voor synthetische koudemiddelen is dit minimaal vier keer per jaar. Van Andel: “Dus het scheelt mij nog servicekosten ook, een installatie met natuurlijke koudemiddelen.”

Om zo veel mogelijk energie-neutraal te kunnen zijn heeft Van Andel inmiddels 1400 zonnepanelen op de daken van zijn opslag liggen. Daarmee dekt hij inmiddels 100 procent van zijn elektriciteitsbehoefte af. De hoeveelheid kWh die hij jaarlijks nodig heeft voor de CO2 DX installatie is afhankelijk van de hoeveelheid product die hij bewaart. "Nadeel van mechanische ventilatie met de buitenlucht was altijd dat je dan vaak 's nachts moest ventileren, juist op het moment dat de zon niet schijnt. Met mijn CO2 DX installatie kan ik het zwaartepunt van het koelen c.q. conditioneren juist op de momenten leggen dat de zon veel schijnt." Bennink vindt het wel bijzonder dat na al die jaren de sector eigenlijk weer terug is bij af. "Wat het koelen van producten betreft begon het namelijk allemaal in het begin van de 20e eeuw met ammoniak," glimlacht hij.