Wolf maakt minder slachtoffers in Vlaanderen
Al een aantal jaren maakt de wolf in Vlaanderen minder slachtoffers onder de landbouwdieren. Zijn wolfwerende omheiningen ondertussen ingeburgerd, is het gedrag van de wolven veranderd, of zijn er gewoonweg minder wolven momenteel?

Een blik op de schadedossiers bij het Agentschap Natuur en Bos toont duidelijk dat het aantal slachtoffers door de wolf al een aantal jaren aan het dalen is. In 2021 was er een piek van 189 dode, gekwetste of verdwenen prooidieren, daarna daalt het aantal slachtoffers (zie figuur 1). Landbouwers en kleine veehouders maken deze schademeldingen om een vergoeding te krijgen voor hun dieren die mogelijk gedood of verwond zijn door de wolf.
“Als je kijkt naar het aantal slachtoffers per wolf, dus het absoluut aantal slachtoffers gedeeld door het gemiddeld aantal wolven van dat jaar, daalt het aantal schadegevallen al sinds 2019”, merkt Diemer Vercayie van het Wolf Fencing Team op.
Er zijn dus duidelijk ontwikkelingen aan de gang die ervoor zorgen dat de wolf in Vlaanderen minder slachtoffers maakt onder landbouwdieren.
Wolfwerende maatregelen
Volgens Vercayie is de inzet op preventie van schade via het wolfwerend maken van omheiningen zeker niet vreemd aan die daling. “Als je in de kern van het leefgebied van de Limburgse roedel rondrijdt, zie je dat ruwweg de helft van de omheiningen al wolfwerend gemaakt is.”
In Limburg zie je quasi geen schadegevallen meer omdat wolfwerende maatregelen daar meer ingeburgerd zijn geraakt, beaamt Joachim Mergeay van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). “Wolven hebben door deze omheiningen hun gedrag aangepast. Ze jagen minder op schapen, omdat ze bang zijn voor een schok van de elektrische draad.”
Ook het Agentschap Natuur en Bos (ANB)ziet dat het aantal schadegevallen in het wolventerritorium van Noord-Limburg sterk is afgenomen. “Er is de afgelopen jaren sterk ingezet op preventie in de regio. De veelvuldige infoavonden, infomarkten en andere communicatie-initiatieven, maar ook het zich voordoen van schade zelf in de regio, heeft ervoor gezorgd dat heel wat veehouders maatregelen hebben genomen om hun omheining wolfwerend te maken”, zegt Koen Driesen (ANB). “Vele veehouders hebben professionele hulp ingeschakeld van het Wolf Fencing Team die gratis advies geven over het wolfwerend maken en via vrijwilligers helpen bij de plaatsing op terrein. Volgens onze gegevens van de subsidiedossiers zijn er intussen minstens 240 kilometer rasters wolfwerend gemaakt.”
Ten opzichte van 2021 verdubbelde in 2022 het aantal subsidiedossiers bij ANB voor wolfwerende omheiningen in de risicozone Limburg (zie tabel 1 en figuur 2). Het jaar daarop zijn er 250 subsidiedossiers, waarna het tempo terug zakt.
Wolvin Emma in de Noorderkempen zorgt dan weer voor relatief meer aanvallen. “Zij is er nog maar sinds september 2023, waardoor beschermende maatregelen voor het vee nog niet goed van de grond zijn geraakt”, aldus Mergeay. “Er is nog wat tijd nodig voordat het in die regio ingeburgerd raakt.” Pas vorig jaar zijn er substantieel meer subsidiedossiers voor wolfwerende omheiningen in de risicozone Noorderkempen dan de voorgaande jaren ingediend (zie tabel 1 en figuur 2).
Niet-professionele of particuliere veehouders kunnen bij ANB terecht voor subsidies voor wolfwerende omheinigen (zie ook verder). Professionelen moeten aankloppen bij het VLIF. “Er zijn in totaal 15 dossiers voor wolfwerende omheiningen ingediend bij en ook uitgevoerd door VLIF, voor een uitgekeerd steunbedrag van 122.561,57 euro”, aldus Bart Merckaert, persverantwoordelijke bij het Agentschap Landbouw en Zeevisserij. “Daar zitten 13 uitgevoerde dossiers uit de risicozone Limburg voor een totaal steunbedrag van 117.859,17 euro. De 2 overige uitgevoerde dossiers hadden betrekking op de risicozone Noorderkempen voor een totaal steunbedrag van 4.702,40 euro.”
Vijf van deze subsidiedossiers werden aangevraagd in 2021, het jaar dat de subsidieregeling voor professionele landbouwers inging, 10 in 2022. “In 2023 en 2024 zijn er ook aanvragen geweest, maar die dossiers zijn nog niet volledig afgehandeld. Tussen de aanvraag en uitbetaling kan soms 2 jaar zitten. Landbouwers kunnen bijvoorbeeld nog bezig zijn met de uitvoering van de omheiningen, de betaalaanvraag kan nog niet ingediend zijn, of het VLIF moet de uitvoering nog controleren.” Totdat een dossier volledig afgehandeld is, kan het VLIF er nog niet over communiceren.
Gedrag wolven
“Het kan ook te maken hebben met de individuele voorkeuren en geleerde gedragingen van individuele wolven”, aldus Vercayie over de daling in het aantal slachtoffers. In de zomer van 2023 is het mannetje in de roedel in Limburg omgekomen in het verkeer.
Deze wolf, die de naam August kreeg, noemt André Calus van Praktijkcentrum Kleine Herkauwers een grote reus. “In heel de regio is er veel minder agressiviteit sinds August doodgereden is. De manier waarop de roedel werkt, hangt af van het gedrag van individuen.” Zeker de mannetjes zijn dominant en sturen het gedrag van de hele roedel, zegt Calus.
Driesen van ANB linkt een afname van schadegevallen ook met de dood van August, maar niet omdat die overmatig agressief zou zijn geweest. “Het mannetje is verongelukt in het verkeer op een moment dat de welpen nog niet zelf konden jagen. Het voedsel werd gezocht in de nabije omgeving van de nestplaats, waar ook al heel wat preventieve maatregelen werden genomen. Het vrouwtje en de welpen hebben zich dus quasi volledig op wild gefocust.”
Maar een daling van het aantal schadegevallen (per wolf) was al ingezet voor wolf August stierf, merkt Vercayie op. “Dan blijft vooral preventie, de inzet op wolfwerende omheiningen, als oorzaak over”, besluit Vercayie.
Minder wolven
Een andere verklaring blijft toch wel het feit dat er momenteel gewoonweg minder wolven in Vlaanderen zijn. “Op een bepaald moment doolden er 13 wolven rond in Vlaanderen. Op dit moment zijn dat er maar 3 of 4”, zegt Calus.
In Limburg was er vorig jaar 1 roedel met 2 wolven gevestigd, met als territorium de helft van de provincie Limburg en een stuk van provincie Antwerpen. Wolvin Emma heeft van de Noorderkempen sinds 2023 haar thuis gemaakt. Een zwerver of jonge wolf is recent in de Zuiderkempen gespot en zette zijn tocht verder naar Limburg.
Vorig jaar waren er ook minder slachtoffers omdat er geen welpen geboren zijn. “Hierdoor was er geen behoefte om in het najaar veel te jagen”, zegt Calus. Welpen gaan van september mee op jacht met hun ouders, waardoor het aantal slachtoffers, ook bij landbouwdieren, in het najaar stijgen. “Nu dat er na de dood van August opnieuw een koppel in Limburg is, moeten we wel met deze situatie voor komend najaar rekening houden.”
Ook Mergeay verwacht dit jaar een kleine toename in aanvallen op vee. “De wolven lopen in Limburg als een koppel rond en zijn dus duidelijk gepaard. Als de natuur zijn werk doet, zullen daar waarschijnlijk nakomelingen van komen.”
Driesen raadt dan ook namens ANB veehouders aan om wolfwerende maatregelen te nemen indien dit nog niet gebeurd is, in afwachting van de verwachte toename van schadegevallen in het najaar door mogelijke welpen. “We kunnen uiteraard niet volledig voorspellen of er nieuwe welpen geboren zullen worden.”
Niet zaligmakend
Dat schapen en andere prooidieren tegenwoordig beter beschermd zijn, is een van de redenen waarom er minder schadegevallen gemeld zijn. Maar volgens Calus verklaart het toch niet voor 100% de waargenomen tendensen. “Vooral bij kleine particulieren zijn de wolfwerende omheiningen gezet. Professionele schapenhouders werken bij begrazingen vooral met snel verplaatsbare omheiningen.”
“Wolfproof afsluiten betekent ook geen absolute veiligheid, wat de experten ook mogen beweren.”, waarschuwde Calus op 8 februari tijdens een infodag over de wolf in Essen. “Er zijn zowel in Vlaanderen als in Nederland aanvallen geweest binnen wolfproof afgesloten weilanden. Wolfproof afsluiten vermindert de kans op schade, maar is niet alles zaligmakend.”
Om bestaande afsluitingen in de risicozones wolfproof te maken, bestaan 2 subsidiesystemen. De kleine veehouder en particulier krijgt 90% van de kosten vergoed van het ANB onder voorwaarden en ook een onderhoudsvergoeding. De grootschalige veehouderij krijgt de volledige installatiekosten terugbetaald via het VLIF, maar krijgt geen vergoeding voor het werk en onderhoud van de omheiningen.
“Een wolfwerende omheing onderhouden kost heel wat werk dat dus niet vergoed wordt. De sector is vragende partij om al het bijkomend werk vergoed te krijgen”, zei Calus. Veehouders moeten bijvoorbeeld elke dag de elektrische draad controleren op mankementen en of de spanning nog hoog genoeg is. In het groeiseizoen moet hij of zij om de 2 à 3 weken het gras onder de draden maaien.
Kuddebeschermingshonden
Melkvee- en schapenhouder Johan Schouteden van de Sonnisheide in Houthalen-Helchteren kan ervan meespreken dat wolfwerende omheiningen er niet altijd in slagen wolven van de schapen te halen. In Essen getuigde hij hoe wolven over de jaren heen verschillende keren in de wolfwerende afsluiting geraakt zijn en slachtoffers maakten onder zijn schapen. Dat noopte hem ertoe aan om te investeren in kuddebeschermingshonden.
Die verdedigen de kudde tegen wolven en zijn een extra beveiligingsmogelijkheid wanneer de wolvendruk in de regio te hoog wordt. Maar kuddebeschermingshonden zijn niet voor iedere veehouder weggelegd, waarschuwde dierenarts Bert Driessen (RCC Belgium). “Het zijn grote honden die flink wat werk vragen.”
Daarnaast zijn er nog enkele juridische aspecten die nog opgelost moeten worden voordat deze honden een volwaardige oplossing voor schapenhouders worden. “Honden kunnen in Vlaanderen nog niet alleen, zonder herder, een kudde bewaken. Dat is in het buitenland wel al een optie”, zei Calus. “Daarnaast is er nood aan een certificeringssysteem voor kuddebeschermingshonden en zou er ondersteuning moeten komen voor de aanschaf en onderhoud ervan.”
“De lokale wolf heeft geleerd de hekken die wij zetten te omzeilen. Nog meer afsluitingen zetten lijkt ons niet haalbaar, maar wij willen wel als schapenhouders onze verantwoordelijkheid nemen om onze schapen te beschermen”, zegt schapenhouder Bert Plasmans van de De Hoeder, die kuddes op de Kalmthoutse Heide en het Groot Schietveld heeft staan. “Honden zijn een optie, maar er bestaat nog geen wetgevend kader voor.”