Startpagina Verkiezingen

Wat doen de provincies voor de boeren?

In oktober gaan we al dan niet stemmen voor de provincieraad, een bestuursniveau waarover tijdens de Vlaamse regeringsonderhandelingen stevige gediscussieerd werd. We zetten even op een rijtje waar de provincie nog voor bevoegd is.

Leestijd : 5 min

Op de valreep van een Vlaams regeerakkoord stond het bestaan van de provincies nog ter discussie. Uiteindelijk bleven ze gespaard dankzij hevig protest van cd&v. De provincies staan echter nog niet buiten schot: verder onderzoek moet volgens het Vlaamse regeerakkoord uitwijzen hoe provincies en andere “tussenliggende structuren en hun bevoegdheden” vorm krijgen.

Als het van Geert Van Esch, kabinetsverantwoordelijke van Vlaams-Brabant, afhangt, richt Vlaanderen zijn pijlen het best niet op de provincies. “Men beseft niet wat de provincies allemaal doen: vergunningen verlenen, waterlopen beheren, provinciedomeinen uitbaten... Iemand zal dit moeten doen, dus daar valt niet te besparen.”

Winsten zijn volgens Van Esch eerder te boeken bij de meer dan 5000 tussenstructuren, zoals de intercommunales. “Hou deze eerst tegen het licht, in plaats van een symbooldiscussie over de afschaffing van de provincies te houden.”

Of je nu op 13 oktober wel of niet voor de provincieraadsverkiezing gaat stemmen (wat niet meer verplicht is), het loont om de discussie over het bestaan van de provincies voor te zijn en om te reflecteren over wat provincies voor de landbouw doen.

Onderwijs en korte keten

Dat blijkt nog wel wat te zijn. Zo zetten de provinciebesturen sterk in op landbouwonderwijs, zegt Anton De Ryckere, directeur van de Vereniging Vlaamse Provincies (VVP).

“Zo begeleiden we niet enkel jonge mensen naar het beroep van landbouwer, maar bieden we ook ondersteuning aan huidige land- en tuinbouwers via vormingsactiviteiten en sensibilisering, zoals het opleidingsprogramma en veiligheidspakket mestgassen in de provincie West-Vlaanderen.”

Ook doorsnee-leerlingen proeven dankzij de provincies van het landbouwleven. “De provincies spelen in op de nood aan een educatief scholenaanbod. Zo hebben de provinciebesturen een groot netwerk aan (bezoek)boerderijen voor scholen en andere doelgroepen.”

In Vlaams-Brabant bijvoorbeeld tonen landbouwers de dagelijkse werking van hun bedrijf aan kinderen en volwassenen dankzij het landbouweducatief netwerk Boeren met Klasse. “Het contact tussen landbouwers en burgers versterken is een belangrijke taak van de provincie”, zegt Jona Lambrechts van de dienst Land- en tuinbouw.

Landbouwonderwijs moet voor meer begrip en kennis over de landbouwsector zorgen. “Kinderen weten totaal niet meer waar de melk vandaan komt”, zegt Van Esche. Provincies zetten ook in op de korte keten. “We organiseren verschillende promotionele acties rond hoeveproducten. Elke provincie pakt die iets anders aan naargelang hun eigen streekproducten en noden”, aldus Lambrechts.

“Het verhaal van de korte keten steunen we volop. Daar zijn we in Vlaams-Brabant bijzonder in geslaagd”, meent Van Esche. “De regio is een dichtbevolkt gebied, waardoor er altijd volk in de buurt van een landbouwer is. Zeker tijdens corona zagen we dat mensen op zoek waren naar lokaal voedsel.”

Duurzaamheid en toekomst

Landbouwbeleid is bij provincies sterk verstrengeld met andere beleidsdomeinen zoals natuur, omgeving, waterbeheer, vergunningen en ruimtelijke ordening. “De provincies werken aan een transversale aanpak om klimaatuitdagingen, zoals droogte en overstromingen, aan te pakken. Dit gebeurt onder meer via projecten als Water-Land-Schap en Gestroomlijnd Landschap, die zowel de landbouwsector als natuur en waterbeheer integreren. Landbouw speelt ook een cruciale rol in het verbeteren van CO₂-reductie en het opbouwen van een klimaatrobuuste sector”, zegt De Ryckere. “Onze aanpak is maatwerkgericht en houdt rekening met het gedeelde gebruik van schaarse ruimte, waarin verschillende belangen moeten worden verzoend. ”

De provincies zijn (voorlopig nog) verantwoordelijk voor het beheer van 12.000 km waterlopen, maar de bevoegdheid water maakt de provincies ook verant woordelijk om de landbouw voor te bereiden op een droger klimaat. “Waterbeheer is een belangrijk domein waar landbouw en omgeving samenkomen. De provincies nemen de verantwoordelijkheid op om droogterobuuste landbouw te stimuleren, onder meer door te investeren in infrastructuur voor het opvangen van hemelwater”, aldus de Ryckere.

De provincie Antwerpen heeft bijvoorbeeld het LIFE-project Aclima, terwijl het CIRO-netwerk in Limburg voor “innovatieve irrigatie” zorgt. “Bodem- en waterkwaliteit zijn cruciaal voor landbouw, en via blauwgroene netwerken dragen provincies bij aan het versterken van zowel landbouw als natuur. Daarnaast stimuleert het landbouwbeleid natuurrijke landbouwpraktijken die kunnen bijdragen aan natuur- en landschapsontwikkeling.”

De provincies ondersteunen landbouwonderzoek, zoals het onderzoek naar insectenkweek door Inagro.
De provincies ondersteunen landbouwonderzoek, zoals het onderzoek naar insectenkweek door Inagro. - Foto: Inagro

Onderzoek

Verder ondersteunen de provinciebesturen het onderzoek van in totaal 16 landbouwpraktijkcentra. “Deze behoren tot de wereldwijde top qua praktijkgericht onderzoek, maar zijn tegelijkertijd ook verankerd in hun streek door technische specialisaties die een meerwaarde leveren voor hun omgeving. Dit praktijkonderzoek richt zich op innovatie en duurzaamheid en is essentieel voor de vertaalslag van wetenschappelijk onderzoek naar de dagelijkse praktijk van landbouwers”, aldus De Ryckere.

“De praktijkcentra vormen de laatste schakel tussen basisonderzoek door de universiteiten en landbouwers. Omgekeerd seinen we ook problemen bij de landbouwers”, beaamt Tim De Clercq, directeur van Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant.

Bij Praktijkpunt Landbouw doen ze teelttechnisch onderzoek naar witloof en innovatieve teelten. “Daarover verlenen we ook advies aan landbouwers, aan wie we ook de laatste wijzigingen in beleid doorgeven. De innovatieve teelten, zoals hennep, deder en quinoa, zijn interessante alternatieven bij een droger klimaat.”

De Clercq beaamt dat de provincies een essentiële schakel bij landbouwonderzoek blijven. “Dat is deels historisch zo gegroeid, maar veel teelten blijven nog altijd vooral in bepaalde provincies belangrijk, zoals witloof in Vlaams-Brabant of fruit in Limburg. Voor landbouwers zou het niet evident zijn om voor infomomenten verre verplaatsingen te moeten maken.”

Complex bestuurlijk landschap

Dan hebben we het nog niet gehad over de provinciale projecten rond bijvoorbeeld welzijn, of over de vergunningverlenende bevoegdheid van provincies. Maar zijn de provincies nu het beste bestuursniveau voor landbouwbeleid? De Ryckere denkt alvast van wel: “De provincies zijn bij uitstek het geschikte bestuursniveau om beleid te maken en uit te voeren voor de landbouwsector. We combineren nabijheid tot de lokale besturen en landbouwers met voldoende schaalgrootte en expertise, wat ons een belangrijke coördinerende en sturende rol geeft.”

Provincies behouden voeling met de praktijk op het veld, zegt Van Esche. “De landbouw in West-Vlaanderen is anders dan die in Vlaams-Brabant of de Kempen. Als beleidsmaker moet je je streek kennen, maar de afstand tussen Vlaanderen en de boer is te groot. De situatie in iedere provincie is zo anders, dat je het niet als een eenheidsworst kan benaderen.”

In tegenstelling tot andere tussenstructuren zijn provincieraden democratisch verkozen. “Dat stelt ons in staat om beslissingen te nemen die particuliere en lokale belangen overstijgen. Dit maakt ons bij uitstek geschikt om een langetermijnvisie te hanteren en een geïntegreerde aanpak te faciliteren, waarbij we verschillende beleidsdomeinen zoals milieu, natuur, landbouw… kunnen coördineren”, zegt De Ryckere.

“De provincies kunnen in het complexe Vlaamse bestuurlijke landschap een sleutelrol spelen door samenwerkingen te stroomlijnen en bestuurlijke efficiëntie te verhogen. Onze expertise en schaalgrootte maken ons ideaal om deze samenwerkingen te coördineren en de druk op lokale besturen te verlichten”, besluit De Ryckere

Thor Deyaert

Lees ook in Verkiezingen

Groen licht voor aantreden nieuwe Europese Commissie

Verkiezingen Het Europees Parlement heeft woensdag 27 november in plenaire zitting in Straatsburg met 370 tegen 282 stemmen bij 36 onthoudingen het vertrouwen gegeven aan de nieuwe Europese Commissie van voorzitter Ursula von der Leyen. De Commissie, het dagelijks bestuur van de Europese Unie, treedt aan op 1 december.
Meer artikelen bekijken