De horizon van de boeren ligt verder dan 9 juni
Het is een understatement te zeggen dat de verkiezingskoorts stijgt. Welke partijen nemen het nu écht op voor de landbouwsector wilde Boerenbond weten. Een debat met 7 politieke kopstukken op 16 mei in het Brusselse Theater Vaudeville moest dit duidelijk(er) maken. En wat blijkt… in de aanloop van de verkiezingen zetten álle politieke partijen onze voedselproductie wat hoger op het belangenlijstje.

Door de talrijke boerenprotesten van de voorbije maanden is ook landbouw en onze voedselproductie een belangrijk verkiezingsthema. Maar bij menig landbouwer heerst nog twijfel voor wie of zelfs voor welke partij ze best stemmen bij de komende Vlaamse, federale en Europese verkiezingen.
“De horizon van de boeren ligt verder dan 9 juni”, stelde Boerenbondvoorzitter Lode Ceyssens voorafgaand aan het debat. “Er liggen immers nog heel wat belangrijke dossiers op de tafel, terwijl de rechtsonzekerheid en het ongenoegen in de sector nooit eerder zo groot was. We willen dat de landbouwers goed geïnformeerd hun stem kunnen uitbrengen. Daarom organiseerden we dit ‘Groot Landbouwdebat’. Want 1 ding is zeker: we hebben onze boeren ook in de toekomst nog nodig!”
Gwendolyn Rutten (Open-Vld), Sammy Mahdi (cd&v), Jeremie Van Eeckhout (Groen), Theo Francken (N-VA), Bruno Tobback (Vooruit), Stefaan Sintobin (Vlaams Belang) en Quinten Vanheuverzwyn (PVDA) verdedigden tijdens dit debat de partijstandpunten over innovatie en de afbouw van de veestapel, toegang tot grond en het inkomen van de boer.
Stikstofdecreet is het grootste hangijzer
Het is niet te verwonderen dat moderator Johny Vansevenant, voormalig VRT-journalist, het stikstofdecreet als eerste thema voor de voeten van de politici wierp. “Is er nog toekomst voor de landbouwsector met dit stikstofdecreet?” wilde hij weten.
Francken kreeg als partijgenoot van minister van Omgeving Demir die vraag als eerste voorgeschoteld. Hij antwoordde diplomatisch: “Ik wil geen krimp van de sector… Landbouw is een strategische sector. We moeten onze boeren koesteren. Geen boeren is geen eten.” Hij pleit voor een stabiel rechtgevend kader.
Sintobin gelooft niet dat het zogenaamde stikstofbad vol zou zijn, zoals Demir laat uitschijnen. Hij vindt het ook vreemd dat de politici die het stikstofdecreet goedkeurden dat nu – in de aanloop van de verkiezingen – plots toch in vraag stellen. Hij benadrukt dat er 3 jaar verloren zijn gegaan. “Niemand staat te wachten op minder boeren en vooral jonge boeren moeten alle steun krijgen. Zij vragen toekomstperspectief en rechtszekerheid.”
Alhoewel cd&v het stikstofdecreet mee goedkeurde, vraagt ook Mahdi een nieuw stikstofdecreet. “Toen we waarschuwden dat we onze voedselzekerheid niet op het spel mochten zetten, werd dit weggelachen. Vandaag onderschrijven meer en meer ander partijen dit verhaal. Maar we moeten dit effectief ook doen. Onder onze impuls werd de vergunbaarheidsdrempel en het extern salderen in het decreet aangepast. We moeten nu nog evolueren naar een emissiemodel in plaats van een depositiemodel. Maar ook innovatieve technieken die in het buitenland goedgekeurd zijn, moeten bij ons toelaten worden. Ik hoop dat de vele positieve intenties die we vandaag horen ook effectief zullen uitgevoerd worden.”
Landbouw versus Omgeving
Tobback was vooral niet opgezet met het proces naar het N-decreet. Hij vindt het opmerkelijk dat ondanks het sterk gedaalde aantal landbouwers sinds 1980 de dierlijke productie hoger is dan ooit. “Wij zijn precies de Primark van de vleesproductie: 1 bedrijf met minder en minder personeel. En dit heeft een impact op onze biodiversiteit”, stelde hij. Rutten reageerde daarop fors. “Dit is een uitspraak die op niets trekt! Ik had vooraf niet gedacht dat de onderhandelingen zo moeilijk zouden zijn, maar de boeren kwamen terecht op straat. Ik voel echter op het terrein dat er iets aan het veranderen is. De geopolitieke situatie heeft zijn effect. We mogen met voedsel niet hetzelfde laten gebeuren als met energie.” Rutten maakte van de gelegenheid gebruik om erop te wijzen dat haar partijgenoot premier De Croo de (Europese stemming van de) Natuurherstelwet tegenhield.
Francken verdedigde vervolgens toch de aanpak van collega Demir in Vlaanderen: “Zuhal Demir is minister van Omgeving, niet van Landbouw. Natuur is belangrijk en zij vecht voor ‘haar’ departement. Meer natuur wordt gedragen door de bevolking.” “Het verlenen van vergunningen ligt wél bij Demir, repliceerde Sintobin hierop, “dus zij is wél mee verantwoordelijk voor de huidige situatie.” Madhi vindt in dit kader dat beide bevoegdheden best in 1 portefeuille zouden moeten zitten.
Vaneeckhout stond verbaasd van het spektakel tussen de regeringspartijen. “Draai of keer het zoals je wil de natuur is in slechte staat. Landbouw is veel meer dan het N-dossier. Het huidige N-decreet zal niet stand houden. Het veroorzaakt een fundamentele rechtsonzekerheid. Bovendien zal de crisis bij de landbouwers en de natuur niet opgelost zijn.”
Volgens Vanheuverzwyn wordt er niet gesproken over het fundamentele probleem. “De veestapel moet naar beneden. Iedereen gaat voorbij aan het feit dat landbouwers door grootbanken gedwongen worden om meer te produceren én de boer krijgt niet eens een eerlijke prijs voor zijn producten.”
Versnipperde natuur
Rutten kwam in de discussie terug op de versnippering van ‘natuur’, vastgelegd binnen Natura2000. “Wie er ook in de regering zal zitten, die versnippering van natuur in onze contreien blijft een probleem. Er moet meer versoepeling komen daaromtrent.” Ze hield een pleidooi om de krachten Europees te bundelen, zoals dat ook met de Natuurherstelwet werd gedaan. Ze verwees later ook nog naar het Turnhouts Vennengebied: “Als je alle landbouw daar weghaalt, is er nog geen verbetering inzake stikstof. Je moet in die discussies mee evolueren en openstaan voor relevante nieuwe informatie.”
Francken volgde Rutten daarin: “In het natuurrijke Lubbeek waar ik burgemeester ben, kregen alle landbouwbedrijven een oranje label. In de voorbije 12 jaar was er nooit een probleem tussen deze bedrijven en natuurverenigingen. Nu staan ze plots met getrokken messen tegenover elkaar…”
Of deze situatie de schuld was van toenmalig minister Vera Dua wilde haar partijgenoot Vaneeckhout niet horen. “Hadden we de voorbije 20 jaar consequent de milieudoelstellingen uitgevoerd in plaats van onze kop in ‘t zand te steken dan zaten we vandaag in een andere situatie”, reageerde hij fors. “Minister Demir heeft gelukkig intussen een paar heilige huisjes neergehaald.” In plaats van te discussiëren wil hij liever dat er een goed plan komt met vooruitzichten tegen 2050 zodat alle ondernemers kunnen investeren met gekende regels. “De huidige situatie zouden we voor geen enkele sector aanvaarden, maar voor de landbouw doen we dit wél…”
Sintobin was blij dat Vaneeckhout landbouwers ondernemers noemt. “Toch worden zij niet als ondernemers behandeld. Niemand wilde de totale de socio-economische impact van het N-decreet onder ogen zien. Nochtans zijn er zo’n 125 tot 150.000 werknemers betrokken.” Hij wees ook op de innovatieve oplossingen die hij tijdens Agribex zag. “De technieken zijn beschikbaar. Waarom gaat dit niet vooruit? Boeren zijn echt bereid om zware financiële inspanningen te doen, als het hun rechtszekerheid zou bieden.” Hij ziet heil in nieuw overleg tussen boeren en de betrokken kabinetten.
Het duurde lang in het debat eer ook het verschil tussen stikstof van landbouw en industrie werd aangehaald. Mahdi bracht het naar boven: “Het is onjuist te zeggen dat landbouw de voorbije decennia niets deed aan stikstofreductie. Stikstof van industrie en landbouw moeten in de toekomst op eenzelfde manier beoordeeld worden. Ik vind het onbegrijpbaar dat 1 groot bedrijf in de haven rechtszekerheid krijgt en zoveel landbouwbedrijven niet. Dat moet voor hen ook kunnen. Het N-decreet zal anders moeten, zeker niet strenger, en met een emissiemodel in plaats van een neerslagmodel.”
Voor Vanheuverzwyn lijkt rechtszekerheid met dit N-decreet onmogelijk. “Durven jullie vandaag beloven dat landbouwers binnen 5 jaar een vergunning zullen krijgen, met dit stikstofdecreet?”, poneerde hij. Voor Tobback moeten vooral de doelstellingen gehaald worden, zelf bij een andere meetmethode. “Ik wil wel vergunningen en meer boeren, maar vooral meer vergunningen voor boeren met minder beesten.”
Ook voor Vaneeckhout moet het N-decreet anders. “Alle partners moeten daarbij betrokken worden. We zien dat op het terrein een deftig gesprek mogelijk is, dus dat moet hogerop ook kunnen.” Hij wil het bredere plaatje bekijken en we hoeven daarbij niet met Europa te heronderhandelen. “Natuurkwaliteit is niet alleen stikstof. We moeten naar een transitieplan, met ineens juiste prijzen en een goede levenskwaliteit.”
Toegang tot grond
Grond – of de beschikbaarheid van grond – was de voorbije maanden ook een heikel thema. Als gevolg van de boerenprotesten werd de opkoop van gronden in agrarisch gebied door de Vlaamse overheid – in hoofdzaak het Agentschap voor Natuur en Bos en de Vlaamse Landmaatschappij – tijdelijk ‘bevroren’ tot oktober. Vansevenant wilde weten of natuurverenigingen de belangrijkste rivalen voor grond zijn.
Voor Francken is het larie dat het grootste probleem de bebossing van landbouwgronden is. Hij verlangt minder polarisering tussen landbouw en natuur. Hij ziet heil in het Franse systeem waarbij minderwaardige landbouwgronden die grenzen aan natuurgebied bebost worden.
Rutten bracht de discussie in dat kader ook naar een andere actuele problematiek, de natuurbeheerplannen (NBP). “Wanneer een boer dat zou doen, dan riskeert hij dat zijn land ook natuurgebied wordt. Je zal als boer vandaag de dag maar de pech hebben dat er een NBP in je buurt vastgelegd wordt, dan weet je niet wat er zal gebeuren met je land. Je wordt trouwens niet persoonlijk op de hoogte gebracht van zo’n NBP. Gelukkig moet een NBP intussen al wel openbaar gemaakt worden. Maar het is ontoelaatbaar dat er uiteindelijk slechts 1 begunstigde zal kunnen aanspraak maken op die gronden… namelijk Natuurpunt! Daar moet iets aan gebeuren!”
Francken volgde deels zijn regiogenote. “Ik was tot voor kort als burgemeester ook niet op de hoogte van deze gang van zaken. Het is terecht dat alle betrokken ingelicht worden.” Over de schaarse beschikbaarheid van gronden ziet hij mogelijkheden in een grondenbank. “Er is immers nogal wat landbouwgrond in handen van lokale besturen. Boeren zouden hier voorkooprecht op moeten krijgen.”
Voor Sintobin is het nochtans eenvoudig. “Leg die 750.000 ha landbouwgrond vast en blijf daar vanaf!” Ook Madhi wil dat landbouwgrond landbouwgrond blijft. “Laat ‘de natuur’ ook wat verdraagzamer zijn. Vandaag ben je met verpaarding niet ‘gesjareld’ want dan blijft je land ten minste agrarisch, met natuur niet.” Het tijdelijk karakter van de overeenkomst van de overheid om landbouwgrond niet meer op te kopen, zou hij willen verlengen. Tobback wijst op het feit dat er toch ook zo’n 70.000 ha landbouwgrond in groene gebieden liggen. “Op heel wat plaatsen loopt het overleg tussen boeren en natuurverenigingen prima. We moeten stoppen met zeggen dat we geen haag meer willen planten omdat er dan een vogel in gespot kan worden waardoor natuurbescherming volgt, want we willen toch juist meer biodiversiteit. Dat is een valse discussie.” Volgens Tobback is speculatie de grote bedreiging. “Landbouwgrond wordt gebruikt als beleggingsinstrument. En dat drijft de prijs omhoog! En ook verpaarding doet dat trouwens.”
Het stoort Vaneeckhout dat in dit kader alle pijlen op Natuurpunt worden geschoten. Hij wijst naar ander bedreigingen voor het landbouwareaal zoals golfterreinen en andere recreatiegebieden. Vanheuverzwyn meent ook dat het huidige natuurbeleid niet de reden is waarom landbouwgrond zo duur is in Vlaanderen. Ook voor hem moeten publieke gronden in de eerste plaats voor landbouwers bestemd zijn.
Lage prijzen voor de boer
Als laatste thema van het debat legde Vansevenant het lage inkomen van de boer voor aan het panel.
Madhi: “De marges voor de landbouwers zijn de voorbije decennia enkel afgenomen. Maar ook de retailers zeggen dat zij niet gaan lopen met de winsten… Er is dus nood aan transparantie. Het aandeel voor de boeren mag niet verder dalen. We moeten retailers op hun verantwoordelijkheid wijzen. Hallucinante promoties met voeding – genre 1 + 3 gratis – kunnen niet goed zijn, en al zeker niet voor de boer. We moet dit afvoeren.”
Rutten meent dat een toverstok van de overheid niet werkt. “Het zal geen toveroplossing opleveren. Ik pleit voor overleg rond de tafel. Ook een level playing field moet zorgen voor eerlijke handel met andere werelddelen. Dat is vandaag de dag geen eerlijke markt, handel kan enkel bij een gelijk speelveld.”
Francken is voorstander van ketenoverleg en correcte prijsonderhandelingen met de boeren en ook van producentenverenigingen. “Geef hen 25.000 euro startkapitaal zodat ze zich kunnen organiseren om sterker te staan. Dat is toegelaten van Europa. De internationale handelsakkoorden moeten inderdaad correct opgezet worden. Het CETA-overleg heeft geleid tot meer export naar Canada, maar bij Mercosur is er zeker nood aan een addendum over bijvoorbeeld dierenwelzijn en antibioticagebruik.”
Voor Sintobin werkt het ketenoverleg niet. “Er is geen vooruitgang geboekt, producentenorganisaties kunnen mogelijk wel werken. Maar supermarkten hebben de verantwoordelijkheid om onze eigen producten in de kijker te zetten aan een eerlijke prijs”, meent hij. Ook voor Tobback is het een raadsel waar het geld blijft plakken. “Twintig jaar geleden was het aandeel voor de boer in de keten 20%, nu is dat slechts 7%.” Het heeft volgens hem ook te maken met de industrialisering en schaalvergroting in de sector. “Hoe korter je de keten maakt, hoe eenvoudiger om te zien waar het geld naartoe gaat.”
Maar voor Vanheuverzwyn is het duidelijker. “De grote voedingsbedrijven maken de grootste winst in de keten. Ze hebben teveel macht. Hun monopoliepositie moet aangepakt worden, bijvoorbeeld met hogere belastingen.”
Terugblikken op uitspraken na 9 juni…
Het was opvallend hoe alle panelleden onze landbouwers en onze voedselproductie momenteel koesteren. Er werden tijdens het debat in het prachtige Brusselse theater Vaudeville heel wat beloften en stellingen geformuleerd. Hopelijk was het geen satirische komedie…! Na de verkiezingen en in een eventuele volgende regering worden deze politici ongetwijfeld geconfronteerd met en afgerekend op hun ‘acteerprestaties’ tijdens dit debat.
Je kunt dit debat herbekijken op PlattelandsTv.