
Dat melk een bron van eiwitten is, is al lang geweten. Een glas halfvolle melk van 150 ml bevat al zo’n 10% van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid melkeiwitten. Ongeveer 80% van deze eiwitten bestaat uit verschillende soorten caseïne-eiwitten, ook wel kaasstof genoemd vanwege hun rol bij het maken van kaas. Bètacaseïne is de op één na meest voorkomende vorm, die zelf ook weer bestaat uit minstens 8 varianten.
A1- versus A2-melk
Dit artikel is alleen voor abonnees
U heeft uw maandelijkse limiet van gratis beschikbare artikels bereikt
Al abonnee of geregistreerd?
Log in of Activeer uw abonnement