Vlaanderen gaat bewijslast grondstoffen voor biomassa verder verstrengen
Zonder een bewijs van duurzaamheid erkend door de Europese Commissie zal in de toekomst biomassa niet zomaar beschouwd worden als hernieuwbare energie. Dat heeft de Vlaamse regering beslist op voorstel van Vlaams minister van Energie Zuhal Demir.
Emissiejaar 2024 zal daarbij een overgangsjaar worden waarbij bewijsmateriaal aangeleverd moet worden én geverifieerd door een externe verificatie-instelling en door het Vlaamse Energie- en Klimaatagentschap (VEKA).
Te gemakkelijke stempel
In verschillende biomassa-installaties in Vlaanderen wordt diverse biomassa als goedkope brandstof gebruikt om energie op te wekken. Grootschalige biomassa ligt evenwel al eventjes onder vuur, omdat het te gemakkelijk de stempel ‘hernieuwbaar’ en ‘duurzaam’ krijgt, wat vaak gecontesteerd wordt.
Zo besliste Vlaamse minister van Energie Zuhal Demir eerder al eens om nieuwe houtstromen van Electrabel, de opvolger van exploitant Max Green te Rodenhuize, te weigeren omdat biomassastromen uit enkele herkomstregio’s in internationale rapporten bekend stonden als onvoldoende duurzaam. Concreet ging het over houtstromen uit Siberië in Rusland, uit Alberta in West-Canada, uit Oost-Canada en ook uit het Zuid-Amerikaanse Chili, samen goed voor 1,5 miljoen ton hout. De steun voor nieuwe grootschalige biomassa via groenestroomcertificaten werd ook decretaal stopgezet.
Aanscherpen spelregels
Om een volgende stap te zetten in de aanscherping van de eisen vooraleer biomassa gecatalogeerd mag worden als afdoende hernieuwbaar, en met de bijhorende emissiefactor van ‘0’, heeft de Vlaamse regering vandaag regelgeving goedgekeurd die de bestaande spelregels aanscherpt.
Specifiek gaat het om het aanleveren van bewijs dat biomassa voldoet aan duurzaamheids- en broeikasgasemissiereductiecriteria van de Europese Richtlijn Hernieuwbare Energie. Conform Europese regelgeving moet er door exploitanten vanaf emissiejaar 2024 (in jaar 2025) bijkomend bewijsmateriaal aangeleverd worden vooraleer voor de ingezette biomassa een emissiefactor van ‘0’ gehanteerd kan worden. Vanaf dan kan dit enkel aangetoond worden door het voorleggen van een bewijs van duurzaamheid afgeleverd door een ‘vrijwillig schema’ erkend door de Europese Commissie.
Bewijsmateriaal leveren
Als overgangsregeling voor emissiejaar 2023 (in jaar 2024) voorziet Vlaanderen de mogelijkheid aan exploitanten om aan te tonen dat de ingezette biomassa voldoet aan de Europese regels inzake duurzaamheid en broeikasgasemissiereducties, en dit omdat het Europese systeem van vrijwillige schema’s nog niet tijdig volledig uitgerold was. Dit bewijsmateriaal moet geverifieerd worden door een externe verificatie-instelling en daarna samen met het geverifieerde emissiejaarrapport goedgekeurd worden door het Vlaams Energie en Klimaatagentschap.
“Met deze aangescherpte wetgeving verhogen we de eisen voor biomassa en maken we duidelijk dat het zomaar opstoken van grondstoffen die voor betere doeleinden ingezet kunnen worden, geenszins beschouwd kan worden als een propere energiebron”, besluit minister Demir.
