Schauvliege: we moeten nadenken over betere irrigatie

Dat de leden van het droogteoverleg niet hebben stilgestaan, bewezen ze 15 november. Het overlegorgaan, dat werd opgericht in de schoot van het Departement Landbouw en Visserij omvat leden van tal van organisaties: het Departement Landbouw en Visserij, ILVO, VLM, CVBB, de praktijkcentra de landbouworganisaties, maar ook de producentenorganisaties en de ververwerkende industrie van de groententeelt en aardappelsector. Met het droogteoverleg hebben ze als doel de Vlaamse land- en tuinbouwsector op een duurzame en robuuste manier voor te bereiden op wateroverlast en droogte. En daar is het Actieplan Water voor land- en tuinbouw uit voortgekomen.

Belang van water

Minister van Landbouw Joke Schauvliege ontving het eerste exemplaar van het Actieplan Water. Ook zij benadrukte het belang van water in de sector: “De portefeuille van de landbouwer ligt open bloot op het veld. We hebben historisch geen grote traditie in irrigatie, omdat we in een regio leven waar de weerstomstandigheden in het algemeen gunstig waren. Echter met de klimaatverandering weten we dat we proactief moeten nadenken over droogte en hoe we irrigatie beter kunnen realiseren”, start ze.

En dat is nodig, want uit de studie ‘waterverbuik en -beschikbaarheid in landbouw en agrovoeding, 2018’ van het departement blijkt dat het agrobusinesscomplex 118 miljoen m³ water per jaar verbruikt, en de landbouw zelf - slechts - tussen de 55,5 en 69 miljoen m³.

Korte- en langetermijnmaatregelen

Bij droogte werden al kortetermijnmaatregelen toegepast, zoals de versoepeling van bepaalde verplichtingen waar men door de droogte niet aan kon voldoen. Ook de voorschotbetalingen voor de GLB-steun werden verhoogd, klinkt het. “De landbouwramp is uiteindelijk ook officieel erkend op 26 oktober. We verwachten dat 12.000 landbouwers schadedossiers zullen indienen, wat het drievoud is van het aantal ingediende dossiers in 2017.”

Naast de kortetermijnmaatregelen zijn zeker ook structurele langetermijnmaatregelen nodig, gaat Schauvliege verder. “En daarom dat ik opdracht gaf om het actieplan op te maken met een oplijsting van wat er al vandaag is en waar er nog potentieel is.”

Vijf actiedomeinen

Het actieplan heeft een looptijd van vijf jaar en bevat vijf actiedomeinen, die de waterweerbaarheid van de landbouwsector moeten verhogen. De eerste aanbeveling is het in kaart brengen van de alternatieve waterbronnen. Naast een oplijsting van de voorraden, weet watercoördinator Bart Debussche te vertellen dat er nagedacht moet worden hoe die in te zetten. Kansen liggen bijvoorbeeld in een betere buffering van het regenwater, het hergebruik van gezuiverd afvalwater en het gebruik van drainagewater.

Het tweede actiedomein focust op de optimalisatie van het regelgevend kader/beleidsplannen/instrumenten. Een derde domein dan weer op het stimuleren van landbouwers. Zo zijn er verschillende opties mogelijk via het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF). Bijvoorbeeld in de vorm van de opvolging reguliere VLIF-steun van 30 %. Verder kan er 40 % projectsteun worden gegeven aan innovatieve projecten die gekoppeld kunnen worden aan het thema ‘waterbesparing’, zoals een installatie van een druppelirrigatiesysteem op basis van hemelwater op aardappelpercelen of een zuiveringsinstallatie voor hemelwater voor de aanmaak van drinkwater voor vleeskippen. Heeft de investering niets met productie te maken, zoals de aanleg van poelen, kleine landschapselementen, erosiedammen of het herstel van aanplantingen langs holle en publiek toegankelijke trage wegen, dat is 100 % VLIF-steun mogelijk. Ten slotte kunnen landbouwers via de subsidiemaatregel ‘Kratos, Raad op maat’ gratis advies verkrijgen over de Kaderrichtlijn Water.

Een vierde actiedomein omvat de kennisontwikkeling en de stimulering van (praktijkgericht) onderzoek . Kennis over waterverbruik, -behoeften en -beschikbaarheid van lokaal tot Vlaams niveau is bijvoorbeeld nodig voor de verdere ontwikkeling van droogte-indicatoren en de ontwikkeling van flankerend beleid. Ten slotte is onderzoek naar verschillende landbouwpraktijken noodzakelijk, zoals de zoektocht naar klimaatbestendige rassen of meer duurzame teelt- en irrigatietechnieken. Een vijfde en laatste actiedomein behandelt uiteindelijk de sensibilisering en voorlichting van de landbouwsector . Het blijft immers belangrijk om nieuwe inzichten uit onderzoek zo snel mogelijk door te laten stromen naar de sector.

Ardo in tijden

van waterschaarste

Het diepvriesgroentebedrijf Ardo leek de ideale plek voor de overhandiging van het Actieplan Water. Ardo voorziet namelijk via een 25 km lang ondergronds leidingnetwerk gezuiverd afvalwater over 500 ha landbouwgrond. 47 landbouwers hebben zich verenigd in de coöperatie Inero cvba en kunnen dan voor de irrigatie van hun percelen water aftappen van 150 afnamepunten. Een goed voorbeeld van hergebruik van gezuiverd afvalwater dus. De unieke samenwerking tussen landbouwers en industrie rond waterbeheer mag een begin zijn van meerdere projecten.

MV

Meest recent

Meest recent