Startpagina Veeteelt

IBR: nieuwe haard en insleep in West-Vlaanderen

In de week van 8 april werden in West-Vlaanderen een nieuwe haard van infectieuze boviene rhinotracheïtis (IBR) en een geval van beperkte IBR-insleep gedetecteerd. Dat meldt Dierengezondheidszorg (DGZ).

Leestijd : 3 min

DGZ meldde op 21 maart ook al 4 verdachte IBR-gevallen in de provincie West-Vlaanderen. Helaas bleken 2 hiervan effectief een insleep van IBR. De oproep tot waakzaamheid in de West-Vlaamse regio, en bij uitbreiding over heel Vlaanderen, blijft dus van kracht, zeker bij aankopen en handel.

Nieuwe gebieden met verhoogde waakzaamheid

Op basis van de 3 nieuwe gevallen in de afgelopen weken breidt DGZ het ‘gebied verhoogde waakzaamheid’ (de regio Middelkerke, Nieuwpoort, Diksmuide, Gistel, Koekelare, Ichtegem, Jabbeke, Zedelgem, Torhout, Kortemark) uit met de gemeenten Ieper, Zonnebeke en Zuienkerke.

DGZ heeft contact opgenomen met alle bedrijven in de directe buurt evenals met alle contactbedrijven. Begin deze week werd het IBR-virus ook opgespoord via een swab voor virologisch onderzoek in de gemeente Wingene. Het FAVV en DGZ hebben daarop de directe buurtbedrijven gecontacteerd en volgen de situatie nauwgezet op. Ook in de gemeente Oostkamp werd in een vroege fase IBR-insleep gedetecteerd. Daarom wordt het gebied verhoogd risico uitgebreid met de gemeenten Wingene en Oostkamp.

Blijvend alert

Twee van de nieuwe gevallen werden ontdekt via de acties in West-Vlaanderen waar DGZ, in samenspraak met de sector, extra onderzoeken laat uitvoeren. In april worden West-Vlaamse melkleverende bedrijven nog eens extra onderzocht via de tankmelk. De vroege detectie van de laatste gevallen toont aan dat een samenwerking tussen veehouder, bedrijfsdierenarts en de sector essentieel is.

Aangekochte dieren vormen grootste risico

Infectieuze Boviene Rhinotracheïtis is een virale ziekte van de bovenste ademhalingswegen. Besmetting gebeurt vooral door neus-aan-neuscontacten. Aankopen van subklinisch besmette dieren vormt het voornaamste risico. Eenmaal besmet is een rund levenslang drager van het virus. IBR veroorzaakt schade door economisch verlies en handelsbeperkingen.

Canadese griep

IBR wordt ook wel ‘Canadese griep’ genoemd. De ziekte wordt veroorzaakt door een herpesvirus dat de bovenste luchtwegen van runderen aantast. Begin jaren ‘70 van vorige eeuw werd de ziekte geïmporteerd vanuit Canada. In België is het virus nog algemeen verspreid in onze rundveestapel. Ook in onze buurlanden komt IBR frequent voor. IBR is niet besmettelijk voor de mens.

IBR heeft economische gevolgen voor de rundveehouder, door de productiedaling bij de subklinische vorm en de verliezen bij een uitbraak. Daarnaast kunnen landen die vrij zijn van IBR, of een door de EU erkend bestrijdingsprogramma ingediend hebben of toepassen, invoerbeperkingen opleggen voor levend vee, sperma en producten van dierlijke oorsprong uit landen waar haarden zijn vastgesteld.

Aangifteplichtig

Klinische IBR is aangifteplichtig. Een veehouder die bij één of meer runderen van zijn beslag ziekteverschijnselen van IBR vaststelt (koorts, ademhalingsproblemen, verwerping, …) moet zo snel mogelijk een klinisch onderzoek laten uitvoeren door zijn bedrijfsdierenarts. Deze neemt monsters en maakt ze voor virologisch onderzoek over aan een erkend laboratorium voor dierziektebestrijding. De analysekosten worden gedragen door het Sanitair Fonds. Zodra de onderzoeksresultaten de verdenking bevestigen, moet het FAVV geïnformeerd worden.

Het beheer van een haard (aantonen virus) moet volgens de huidige wetgeving gebeuren door het FAVV, waarbij contactbedrijven in samenspraak met DGZ worden opgespoord en op de haard onder andere noodvaccinatie kan worden toegepast.

DGZ contacteert bedrijven

Bij gevallen van IBR-insleep (aantonen antistoffen wildvirus) identificeert DGZ bedrijven met verhoogd risico op basis van epidemiologisch onderzoek. Deze bedrijven worden op individuele basis gecontacteerd door DGZ en krijgen de opdracht een (gerichte) steekproef en/of tankmelkonderzoek uit te voeren. Het epidemiologische onderzoek omvat onder meer diercontacten (aan- en afvoer), bedrijven in de regio, eventueel deelname aan verzamelingen (bv. prijskampen) en linken door erfbetreders

DGZ

Lees ook in Veeteelt

Michael Gore: “Als het zo doorgaat, glijden we opnieuw af naar een crisis in de vleesveesector”

Vleesvee Het aantal runderslachtingen staat op een historisch laag niveau. We produceren vandaag de dag minder rundvlees dan in 1970 en als je het aan Michael Gore, afgevaardigd bestuurder van de nationale beroepsvereniging voor slachthuizen, uitsnijderijen en groothandels (Febev), vraagt is de bodem nog niet in zicht. “We kunnen deze neerwaartse trend alleen stoppen bij de basis: de boer, alsook de tussenschakels in de vleesproductieketen, moeten een eerlijke prijs ontvangen voor hun product. Dat is de impuls die we nodig hebben om de hele keten draaiende te houden.”
Meer artikelen bekijken