Startpagina Aardappelen

Granen en aardappelen in proef

We brachten reeds een eerste verslag van het proefveldbezoek dat de Vlaams overheid, Departement Landbouw & Visserij organiseerde aan het proefplatform in Huldenberg. Toen focusten we op de actualiteiten in de suikerbietenteelt.

Leestijd : 5 min

Nu komt de proefveldwerking in wintergerst en wintertarwe aan bod, alsook deze in aardappelen. Voor de geïnteresseerden in de proefveldwerking voedergewassen is er een bezoek aan het proefplatform in Huldenberg voorzien op 30 juni.

Wintergerst

In het proefperceel wintergerst gaf Francis Flusu aan dat er een ander proefopzet is waarbij nu intenser wordt samengewerkt met het Landbouwcentrum Granen en Inagro. Deze samenwerking draait in de praktijk heel goed uit voor hem. Opmerkelijk is dat in de rassenproef er nu al vier hybriderassen liggen. Volgens de heer Flusu is dit duidelijk een teken dat dit in opmars is. “Ze leveren dan ook meer kilo’s, maar ook het zaaizaad kost meer”. Aan de andere zijde kan de zaaddosering worden teruggeschroefd richting 75% van de dosering van de gangbare rassen.

Een ander punt waarbij werd stilgestaan is dit van de bladluisdruk. Vorig seizoen (2015-2016) was er een hoge bladluisdruk die ook de oorzaak is van dwergvergelingsziekte. De warmere temperaturen van oktober en november 2015 lagen hier aan de basis van de hoge bladluisdruk. Kijken we naar het huidige seizoen (2016-2017), dan zien we dat het najaar kouder was en er veel minder bladluizen waren. Als we handelen volgens IPM (geïntegreerde gewasbescherming), dan is de conclusie dat we dit seizoen niet moesten spuiten tegen de bladluizen. In proef lagen drie rassen aan die tolerant zijn naar bladluizen en dwergvergeling, dit zijn de variëteiten Amistar, Domino en Rafaela.

Als we nog even kijken naar de andere teelttechniek, dan mogen we concluderen dat de onkruidbestrijding die begin november werd uitgevoerd, gezorgd heeft voor een mooi wintergerstperceel. Ook de halmverkorting eens midden maart en eind april, draagt bij aan de goede gewasstand. Op hetzelfde ogenblik van de halmverkorting werd de ziektebestrijding uitgevoerd. Het is een droog jaar, dus geen ziektejaar geeft Francis Flusu aan. Volgens het proefprotocol wordt de ziektebestrijding wel uitgevoerd én wordt er een controleobject behouden dat niet behandeld werd om de ziektedruk in de rassenproef te blijven opvolgen.

Francis Flusu concludeert dat we nu een heel ander teeltseizoen voor de wintergerst kennen dan dat het vorig jaar was. De iets strengere winter was goed voor het remmen van de ontwikkeling van de bladluizen. “Wat de droogte betreft, denk ik dat er geen grote schade is. Het proefveld heeft ook eens kunnen profiteren van een zeldzame regenbui afgelopen voorjaar. Verder zijn de korrels gevormd in de aren en het gewas ziet er vrij goed uit”, aldus nog Francis Flusu.

Aardappelen

In de aardappelteelt besprak Jens Bonnast een proef met bladbemesting die voor het tweede jaar aanligt. Naast de klassieke bemesting wordt bekeken of er tijdens het teeltseizoen kan bijbemest worden met een supplement in de vorm van vloeibare stikstof of nog in de vorm van commerciële bladbemestingsproducten (al dan niet met inbegrip van stikstof).

Jens Bonnast geeft aan dat het vorig jaar geen makkelijk seizoen was (veel neerslag) en dat de onderzoekers uit de resultaten geen significante verschillen zien, mogelijk door de grote variatie in de verschillende herhalingen. Vorig jaar werd op het proefveld in Huldenberg een opbrengst van 60 à 65 ton/ha en meer gezien, wat dus als goed bestempeld wordt. Opmerkelijk was wel dat er een groter aandeel aardappelen in de categorie ‘+50mm’ was in de objecten die bladmeststoffen kregen ten opzichte van het onbehandelde referentieperceel. Het proefperceel in Huldenberg liet op het einde van het teeltseizoen nergens problemen zien met het nitraatresidu, ook niet waar bijbemest was met bladmeststoffen.

Uit de ervaringen bekomen vorig jaar, schroefden de onderzoekers dit jaar hun werkwijze wat bij. Zo gaan ze nu de stikstofinhoud van de bladmeststoffen in rekening brengen en dit hercalculeren met de oorspronkelijke adviesbemesting. Een tussentijdse stikstofstaalname via de bodem in de tweede helft van mei, liet zien dat er nog niet bijbemest moet worden.

Ilse Eeckhoudt van het Proefcentrum voor de Aardappelteelt (PCA) stond tijdens het proefveldbezoek stil bij de actualiteiten in de aardappelteelt. Begin deze maand was dit alvast nog niets bijzonders. De droogte zorgde er zo voor dat het windstil was rond de aardappelplaag, wat een uitzonderlijke situatie was op dit moment van het aardappelseizoen. Een andere actualiteit was dat men de coloradokever zag opduiken. Opslagplanten die niet bestreden werden, zijn de boosdoener.

In de rassenproef aardappelen liggen tien frietrassen aan die gequoteerd worden naar opbrengstvermogen en kwaliteit. Bintje, Fontane en Challenger liggen als referentieras aan. Bintje was jarenlang het grootste ras, maar is ondertussen ingelopen door Fontane. Om tegengewicht te bieden aan de ‘slechte kantjes’ van Bintje zoals de gevoeligheid voor doorwas, de vatbaarheid aan aaltjes en de gevoeligheid aan de plaag, wordt gezocht naar alternatieven voor Bintje.

Wintertarwe

In de wintertarwe verzorgde Daniël Wittouck Inagro/LCG de toelichting. Op het proefplatform ligt een rassenproef aan waarbij gekeken wordt hoe ze scoren naar de opbrengst en welke ziekten aanwezig zijn. Er wordt een vergelijking gemaakt per ras tussen een niet behandeld object en een behandeld object dat twee fungicidetoepassingen (blad en aar) kreeg. In de rassenproef met 26 rassen zijn er een tiental nieuwe rassen te bespeuren.

Wat de ziektedruk betreft, zag Daniël Wittouck vanaf april de gevoelige rassen aangetast worden. Volgens hem is het ook opvallend dat dit jaar er rassen zijn die gele roest laten zien, waarbij ze dit andere jaren niet of niet zo uitgesproken lieten zien. Het omgekeerde komt ook voor. De andere stammen van gele roest die in het veld optreden, kunnen hier mogelijk aan de oorzaak liggen.

Reflection is het ras dat over alle proeflocaties heen de zwaarste aantasting van gele roest liet zien. Verder waren de volgende vijf rassen, telkens variëteiten waar vroeg (half april) gele roest zijn inval deed: Britania, KWS Smart, Mosaïc, Popeye en Sahara.

Bladvlekkenziekte bleek op het ogenblik van het proefveldbezoek begin deze maand zeer beperkt en enkel op de onderste bladeren aanwezig te zijn. Bruine roest begon te komen en ook witziekte is aanwezig. Van witziekte is geweten dat dit in droge periodes snel kan uitbreiden. Tevens kan aarfusarium nu toeslaan, maar gezien de huidige omstandigheden en het uitblijven van regenrijk weer voorziet Daniël Wittouck dat er maar een beperkt risico zal zijn voor aarfusarium. Op het moment van het proefveldbezoek lag de bladluisdruk op zo’n 11%. Daniël wees hier op de spuitdrempel van 20 à 25% van de halmen die bladluizen mogen bevatten. Spuiten tegen bladluizen was of is nog niet nodig, maar tegelijk wordt op de grote variatie in de percelen gewezen. Als landbouwer gaan kijken naar uw eigen perceel voor een evaluatie blijft dus een gouden raad.

T.D.

Lees ook in Aardappelen

Meer artikelen bekijken