Autonome en andere aandachtstrekkers

Autonome tractoren zijn geen nieuw gegeven in de landbouw, maar de toekomstconcepten beginnen steeds meer uitgewerkt te worden. Alle grote tractormerken (of -groepen) lijken er wel ieder op hun manier op in te zetten.

Case IH en New Holland toonden afgelopen jaar al hun autonome trekkers. Bij Case IH (niet aanwezig op Agritechnica) ging het zelfs om een tractor zonder cabine. Bij New Holland was deze er nog wel. Het verschil hierachter wordt o.a. verklaard door ‘merkimagro’ Gesteld wordt ook dat Amerika sneller klaar is voor autonome tractoren dan Europa. Hierom behoudt New Holland zijn cabine om aan te geven dat de bestuurder, steeds nog kan ingrijpen, aanwezig zijn of taken kan uitvoeren die niet geautomatiseerd kunnen worden zoals wegtransport. New Holland werkte voor deze innovatie samen met een toeleverancier van ‘autonome oplossingen’. Het is mogelijk om de tractor met een computer of tablet te beheren en te bewaken. Tevens kan de tractor samenwerken met andere tractoren of zelfrijders op het veld.

Een gelijkaardig ‘autonoom tractorconcept’ als voorgaand troffen we bij Kubota aan, zij het in een iets kleinder formaat. Kubota presenteerde de AgriRobo SL60A tractor met een vermogen van 60 pk. Kubota legde de nadruk er op dat deze compacte trekker autonoom maar ook in een master-slave systeem kan werken. In de eerste tractor zit dan nog een bestuurder. Dit is de ‘master’. In de tweede tractor zit geen bestuurder (slave) en deze volgt de instructies van de eerste tractor, zijn meester zeg maar.

Het master-slave-systeem kwamen we enkele jaren geleden al tegen bij Fendt. Deze fabrikant ontwikkelde het autonome tractorenconcept door naar ‘zwermen’ van zes tot een twaalftal mini-robottrekkers. Hun voorstel luidt om meerdere van deze robots samen op het veld te laten werken. Hierbij communiceren ze continu met een centrale computer. Oorspronkelijk noemde dit project ‘Mars’. Net voor Agritechncia 2017 werd de naam omgedoopt tot ‘Xaver’.

Fendt richt zijn pijlen vooral op het laten uitvoeren van zaaiwerkzaamheden door deze mini-robots.

Een gelijkaardig concept zagen we bij Viking-Stihl opduiken met het iMow TeaM. Zij laten meerdere maairobots samen werken op één terrein met een centrale aansturing.

Trekkernieuws

Tijdens Agritechnica viel er divers trekkernieuws te rapen. Een ontwikkeling bij de tractoren lijkt ons dat fabrikanten van een bepaald model zowel een ‘basis’-uitvoering willen maken als een premium-versie. De basis-uitvoering biedt alles wat een tractor moet bieden, met het achterwege blijven van veel luxe en elektronica. De premium-uitvoering biedt dit dan weer net allemaal wel.

In dit kader werd bij New Holland de S-serie gepresenteerd voor de minder veeleisende gebruiker. Opmerkelijk is dat de S-serie van Massey Ferguson dan weer het omgekeerde biedt. Hier staat de ‘S’ voor ‘specialized’. Alle Massey Ferguson tractoren die in Beauvais gebouwd worden van 95 tot 400 pk kunnen van het S-effect voorzien worden. De ‘S’ staat hier niet alleen voor meer safety (veiligheid), maar ook voor een andere stijl, meer efficiëntie en comfort.

Impressionant trekkernieuws vonden we terug bij Belarus en dit niet alleen omwille van de afmetingen en het eigengewicht (16 ton) van de tractor. Opvallend was het gele Caterpillar C13 motorblok met een inhoud van 12,5 liter. Bij 1.900 motortoeren levert deze een vermogen van 466 pk. Opgelet deze motor voldoet niet aan de bij ons geldende emissienormen. Een versie die hier wel aan voldoet hoopt de Russische trekkerbouwer tegen 2019 te presenteren.

Op de stand van Rebo landbouwmachines sprong er ons nog een aandachtstrekker in het oog. Zo presenteerden ze een John Deere uit de 6-serie met een ‘gepantserde cabine’. Militairen kunnen deze tractor inzetten in gebieden waar niet ontplofte munitie is achter gebleven.

Even verderop was er op de stand van Paul Nutzfahrzeuge een aandachtstrekker te ontdekken, namelijk een Deutz-Fahr Agrotron uit de 9-serie waarvan de cabine omhoog kan en kan draaien in alle richtingen. Een gekende toepassing is om de cabine in de richting van de houtinvoer van de houtversnipperaar te plaatsen.

Nog aandachts-

trekkers ?

De aandachtstrekkers hoeven niet steeds de tractoren te zijn, ook opmerkelijke werktuigen waren terug te vinden op de beursvloer in Hannover. De Fliegel Büffel wist veel aandacht te trekken en veelvuldig het gespreksonderwerp te zijn. Voor wie het concept nog niet kent: heel eenvoudig uitgelegd is dit een mini-opraapwagen met overlaadband. Deze noviteit biedt een alternatief voor de hakselaar tijdens de grasoogst, maar ook voor de opraapwagen. Bij de Büffel wordt een graspick-up gecombineerd met een kleine bufferruimte van tien kuub (voor als er van wagens gewisseld wordt). Een zijwaartse losband zorgt voor het overladen van het opgeraapte gras.

Uit de reacties op de beursvloer mogen we twee strekkingen concluderen. Zo zijn er die het concept genadeloos de grond in boren, anderen prijzen het de hemel in. Wat het zal worden bepaalt Fliegl in de eerste plaats. Zij hebben nog wat tijd nodig om het concept te laten uitrijpen. Vervolgens zal de markt bepalen wat er van deze uitvinding komt. Wij kunnen alvast dit proefballonnetje smaken, al is het maar omwille van de wijze waarop Fliegl hier de dingen benaderde. Even stilstaan en bezinnen: hoe pakten we de grasoogst in het verleden aan, én kan dit tegen of met de gekende tradities anders in de toekomst?

Een andere machine die veel aandacht wist te trekken, was de maaicombinatie Silvercut 1500 T van SIP. Na een frontmaaier volgt een getrokken chassis waar vier maaibalken aan bevestigd zijn. Het levert een maaibreedte van zo’n 14m50 à 15m op. Volgens de fabrikant goed voor een (theoretische) maaicapaciteit van 22,5 ha per uur.

De Stalkbuster van Kemper, die op Agritechnica een gouden medaille ontving, bespraken we hier reeds. Wat opmerkelijk is, zijn de reacties die we op de beursvloer hierover hoorden. Oorspronkelijk is deze toepassing ontwikkeld om de maïswortelboorder te bestrijden. Maar reacties uit de praktijk kunnen dit oorspronkelijk doel wel eens voorbij streven. Loonwerkers tonen interesse voor de machine omwille van het feit dat het veld properder wordt achter gelaten en de boer het veel makkelijker heeft om om het perceel terug in te zaaien.

Zo zien we dat Agritechnica eens te meer de beurs voor de wereldwijde landbouwmechanisatie is, waarbij innovatieve toekomstige concepten worden getoond of al dan niet misplaatste proefballonnetjes worden opgelaten die toch even in de aandacht wisten te lopen.

T.D.