Startpagina Tuin

Hagen van A tot Z

Huisje, tuintje, boompje: dat is zowat de ultieme wens van iedere Belg. Over hoe dat huisje er moet uitzien bestaan er allerlei afspraken, normen en wetgeving. Maar voor dat lapje grond bestaan heel wat minder of geen regels voor. Een eerste stap om er een echte tuin van te maken, is het aanbrengen van een omheining en dan is de keuze voor een haag, een omheining met levende planten, de mooiste oplossing.

Leestijd : 5 min

Maar hoe begin je aan een haag? Welke planten komen in aanmerking rekening houdend met de groeiplaats en de bodem? Kies ik voor een wintergroene of een bladverliezende haag? Wanneer kan men best planten en hoe onderhoud ik mijn haag? Omdat het late najaar nog steeds het ideale moment is voor het planten van bomen en struiken, en dus ook van hagen, zetten wij u graag op weg met een aantal belangrijke begrippen en weetjes die u kunnen helpen bij het plannen, de aankoop van de planten en het planten van de haag.

Aanplanten van een haag is een precies werkje. Gebruik steeds een plantkoord zodat de planten netjes op een rij komen te staan en zorg ervoor dat de planten mooi verticaal staan. Respecteer een gelijke afstand tussen de planten. Zeker voor bladverliezende hagen, waarvan de individuele planten in de winter zichtbaar worden, is dit belangrijk. Het planten gebeurt best in een plantsleuf zodat men de grond voldoende diep kan los maken en bij het aanvullen kan mengen met goed verteerd compost. Zeker bij het omhagen van een nieuwbouw, waarbij de grond vaak verdicht is door zware machines, is een goede grondvoorbereiding (losmaken en verrijken) heel belangrijk.

Bloeiende hagen. Naast de klassieke haagplanten zijn er ook een aantal bloeiende planten die zich goed lenen voor het vormen van een haag. Heel mooi zijn hagen met oude of botanische rozen. Planten die zich goed lenen voor voorjaarsbloeiende hagen zijn o.a. Forsythia, Spirea arguta of de iets later bloeiende Spirea Vanhoutei, Amelanchier, Ribes sanguinea, … Opvallende zomerbloeiende hagen kan je vormen met Potentilla soorten, Hypericum soorten, lavendel, … Of laat je fantasie de vrije loop, want eigenlijk kan je bijna alle bloeiende struiken op een rij planten om er een haag mee te vormen (Hydrangea, Budleja, Deutsia, Weigelia,…) als je maar niet verwacht dat ze zich allemaal even strak in vorm laten houden.

Bloeiende haag van Forsythia: een echte blikvanger in het voorjaar.
Bloeiende haag van Forsythia: een echte blikvanger in het voorjaar.

Carpinus of haagbeuk. Dit is is een bladverliezende boom die zeer geschikt is voor het vormen van een robuuste, gezonde haag. Haagbeuk mag men niet verwarren met beuk (Fagus sylvatica) die ook zeer geschikt is voor het vormen van een mooie, formele haag. Beuk stelt hogere eisen aan de bodem (zandgrond, niet te nat, niet te droog) dan haagbeuk die ook goed groeit op zware en nattere gronden. Beuk heeft dan weer het voordeel dat het verdorde, bruine blad tot net voor het verschijnen van het nieuwe, jonge blad aan de plant blijft zitten waardoor een beukenhaag jaarrond meer gesloten is dan een haagbeukhaag waarvan het verschrompelde blad slechts gedeeltelijk aan de plant blijft zitten. Beuk groeit vanzelf mooi recht, terwijl haagbeuk dient aangebonden te worden om recht te groeien.

Dikte van de haag. Vaak worden haagplanten gecombineerd met een andere omheining zoals een draad of muur. Je kan ervoor kiezen om de haag tot tegen de draad te laten groeien en ze later aan die kant te snoeien tot tegen de draad. Als de draad echter op de grens tussen twee tuinen staat is dit niet altijd mogelijk en moet men voldoende ruimte voorzien tussen de haag en de draad om ervoor te zorgen dat men de haag nog comfortabel kan scheren. Voorzie minstens 50 cm werkruimte tussen haag en draad. Als men weet dat een natuurlijke, gezonde haag toch minstens 60 cm breed is, dient men de haag in de praktijk op 80 cm van de afsluiting te planten (50 cm werkruimte + 30 cm voor de helft van de dikte van de haag) .

Format of de vorm. De basisvorm voor een goede haag is licht piramidaal, waarbij de onderkant van de haag breder wordt gehouden dan de bovenkant. Op die manier krijgen ook de onderste takken en bladeren voldoende licht en blijft de haag onderaan mooi gevuld. Bij de meeste planten zitten de groeipunten voornamelijk in de top van de plant waardoor de meeste hagen van nature al de neiging hebben om ‘topzwaar’ te worden. Door goed te snoeien bovenaan in de haag, zullen de haagplanten beter vertakken waardoor een mooie, gesloten haag ontstaat. Rekening houdend met voorgaande principes kan je met de vorm van de haag volop creatief zijn.

Groenblijvende hagen. Een wintergroene haag geeft je het hele jaar veel privacy en een mooie groene achtergrond. Coniferen zijn ideale planten voor het vormen van groenblijvende hagen. Taxus is een echte klassieker die zich makkelijk in vorm laat houden en heel oud kan worden, hij is echter duur in aanschaf en verdraagt geen natte gronden. Coniferen uit het geslacht Thuya (levensboom) zijn een goed alternatief op wat nattere gronden. Wie graag een snelgroeiende haag heeft, kan kiezen voor Cupressocyparis x leylandii maar dan moet men er wel rekening mee houden dat deze jaarlijks meermaals moet geschoren worden om ze in vorm te houden.

Ilex of hulst. Deze sterke inheemse plant is ook zeer geschikt voor het vormen van een dichte, groenblijvende haag. De klassieker is de donkergroene Ilex aquifolium maar er zijn ook heel wat bontbladige soorten en de cultivars van Ilex meserveae hebben allen blauwgroen getinte bladeren. Als je wil dat de hulsthaag ook bessen draagt dan moet je kiezen voor vrouwelijke planten en mag je enkel scheren in de winterperiode.

Jonge haag snoeien. Voor nieuw aangeplante hagen is een aangepaste snoeiwijze zeer belangrijk om een mooi gevormde en goed gevulde haag te krijgen.

Groep 1: Buxus, liguster, meidoorn, Lonicera en Prunus laurocerasus- (paplaurier)soorten. Deze planten moeten in het begin sterk gesnoeid worden om nadien een mooie haag te krijgen. Na het planten worden de planten met 1/3 van de lengte teruggesnoeid. Zijtakken die te breed uitgroeien worden in de loop van het eerste groeiseizoen tot op de gewenste breedte teruggesnoeid. In het begin van het tweede groeijaar wordt het vorig jaar gevormde lot met de helft teruggesnoeid.

De daaropvolgende jaren wordt de bovenkant van de haag enkel in de nazomer lichtjes bijgeknipt tot de gewenste hoogte bereikt is, de zijkanten worden gedurende de zomermaanden regelmatig op de gewenste lengte bijgeknipt, zodat een mooi gesloten oppervlak ontstaat. Volgroeide hagen van dit type worden minstens tweemaal per jaar geschoren om mooi op vorm te blijven en steeds een jong uitzicht te behouden.

Groep 2: beuk, haagbeuk, coniferen, taxus en hulst. Deze planten eisen in het begin een minder strenge snoei. De top wordt pas weggesnoeid na het bereiken van de gewenst hoogte (snoeien tot 10 cm onder de gewenst hoogte). De zijkanten worden vanaf het eerste jaar regelmatig op de gewenste lengte teruggesnoeid, zodat de haag mooi vol wordt. Bij beuk en haagbeuk mogen de zijtakjes het eerste jaar met 2/3 ingekort worden, zodat ze goed vertakken. Eens deze hagen volgroeid zijn, volstaat één snoeibeurt of twee snoeibeurten voor het behoud van een mooie haag.

G.B.

Lees ook in Tuin

Het nieuwe moestuinseizoen staat voor de deur

Tuin Door de zachte temperaturen belooft het in 2024 een vroeg seizoen te worden. De enthousiaste moestuinier voelt zich in deze periode zoals een kind in de weken voor Sinterklaas: voorzichtig bladerend door de catalogi van zaadhuizen en tuincentra op zoek naar nieuwigheden en curiosa, hier en daar aankruisend welk ras of soort men in het komende seizoen wel eens wil uit proberen.
Meer artikelen bekijken